Psalm 59:15-18
15 Laat hen dan tegen den avond wederkeren, laat hen tieren als een hond, en rondom de stad gaan;Â 16 Laat hen zelfs omzwerven om spijs; en laat hen vernachten, al zijn zij ...
Lees verder15 Laat hen dan tegen den avond wederkeren, laat hen tieren als een hond, en rondom de stad gaan;Â 16 Laat hen zelfs omzwerven om spijs; en laat hen vernachten, al zijn zij ...
Lees verder7 Tegen den avond keren zij weder, zij tieren als een hond, en zij gaan rondom de stad. 8 Zie, zij storten overvloediglijk uit met hun mond; zwaarden zijn op hun lippen; want ...
Lees verder1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, Al-tascheth; toen Saul gezonden had, die zijn huis bewaren zouden, om hem te doden. 2 Red mij van mijn vijanden, o mijn God! stel ...
Lees verder7 O God! verbreek hun tanden in hun mond; breek af de baktanden der jonge leeuwen, o HEERE! 8 Laat hen smelten als water, laat hen daarhenen drijven; legt hij zijn pijlen aan, ...
Lees verder1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, Al-tascheth. 2 Spreekt gijlieden waarlijk gerechtigheid, gij, vergadering? Oordeelt gij billijkheden, gij, mensenkinderen? 3 Ja, gij werkt ongerechtigheden in het hart; gij weegt het geweld ...
Lees verder8 Mijn hart is bereid, o God! mijn hart is bereid; ik zal zingen, en psalmzingen. 9 Waak op, mijn eer! waak op, gij, luit en harp! ik zal in den dageraad opwaken. 10 ...
Lees verder1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, Al-tascheth; als hij voor Sauls aangezicht vlood in de spelonk. 2 Wees mij genadig, o God! Wees mij genadig, want mijn ziel betrouwt op ...
Lees verder9 Gij hebt mijn omzwerven geteld; leg mijn tranen in uw fles; zijn zij niet in Uw register? 10 Dan zullen mijn vijanden achterwaarts keren, ten dage als ik roepen zal; dit weet ...
Lees verder1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, op Jonath Elem Rechokim; als de Filistijnen hem gegrepen hadden te Gath. 2 Wees mij genadig, o God! want de mens zoekt mij op ...
Lees verder17 Mij aangaande, ik zal tot God roepen, en de HEERE zal mij verlossen. 18 Des avonds, en des morgens, en des middags zal ik klagen en getier maken; en Hij zal mijn ...
Lees verder© Het Spurgeon Archief | Anno Domini 2024