Waar het woord van een koning is, daar is heerschappij. Pr. 8:4
In Salomo’s dagen waren de koningen autocraten. Wij mogen dankbaar zijn, dat wij onder geen alleen heersende vorst moeten leven, maar de zegeningen van een constitutionele regering deelachtig zijn. Wij zijn volstrekt niet traag om tot een van onze heersers te zeggen: “Wat doet gij?” Zo’n vraag, op verstandige wijze gedaan, kan goed zijn, beide voor hem en voor ons.
God alleen is rechtmatig onbeperkt souverein. Hij is in de volstrektste zin van het woord van de Koning; en dit behoort Hij te zijn; want Hij is volstrekt en in de hoogste mate goed, wijs, rechtvaardig, heilig, enz.
Daar Hij de Maker is van allen, is zijn heerschappij over zijn schepselen een zaak van natuurlijk recht.
Hij heeft een oneindige macht, om zijn koninklijke wil uit te voeren.
Er is almacht, zelfs in het minste van zijn woorden. Laat ons hierbij stilstaan,
I. Om ons te stemmen tot eerbied en ontzag.
Laat ons nadenken over:
1. Zijn scheppend woord, waardoor alles uit niets werd te voorschijn gebracht.
2. Zijn bewarend woord, waardoor alles in stand wordt gehouden.
3. Zijn verwoestend woord, waardoor Hij de hemel en de aarde zal doen wankelen.
4. Zijn woord van prerogatief (kroonrecht), waardoor Hij dood en levend maakt.
5. Zijn woord van de eeuwige belofte, dat onze vertroosting is.
6. Zijn woord van schrikkelijke bedreiging, dat ons ter waarschuwing strekt.
7. Zijn woord van de profetie en voorverordinering, dat een grote diepte is, vol van lering voor hen, die nederig van hart zijn.
Wie kan voor een van deze woorden staan zonder sidderend te aanbidden? Er is in die allen in de hoogste mate heerschappij, of macht, want elk van die woorden is het woord van een Koning.
II. Om onze gehoorzaamheid te verzekeren.
1. Geen goddelijk bevel mag als niet van belang worden beschouwd, want het is het woord van Jehovah, de Koning. Zie (Pr. 8:2,3).
2. Ieder gebod moet terstond, van harte, ten volle en door een ieder worden gehoorzaamd, daar de Koning het beveelt.
3. Zijn dienst moet niet worden geschuwd, want dat zou rebellie wezen tegen onze Souverein. Jona is hierin niet voorspoedig geweest, want de Heere laat niet met zich spelen en Hij zal de vluchtelingen doen weten, dat Hij hen achterhalen kan.
4. Ongehoorzaamheid moet worden betreurd. Indien wij in zonde zijn gevallen, zo laat het Woord van de Koning een genaderijke macht hebben, om ons tot hartelijk berouw er van te bewegen.
III. Om ons vertrouwen in te boezemen.
1. Dat Hij machtig is, om aan de boetvaardigen vergiffenis te schenken, want dat heeft Hij in zijn Woord beloofd.
2. Dat Hij aan de gelovigen de kracht zal schenken om hun leven te vernieuwen. Hij zond zijn woord uit en heelde hen,” is waar in geestelijke zin.
3. Dat Hij aan hen, die verzocht zijn, de kracht zal geven om de verzoeking te weerstaan. God verzekert de overwinning door het Woord over iedere aanval van Satan. Dit wapen heeft Jezus gebruikt in de woestijn.
4. Dat Hij aan de lijdenden kracht zal geven om hun lijden te dragen met geduld en om aan de beproeving nuttigheid te ontlenen.
5. Dat Hij aan de stervenden hoop zal geven en vrede, enz. Een woord van de Heer van het leven berooft de dood van zijn prikkel.
IV. Om ons christelijk streven te besturen.
1. In alles wat wij doen, moeten wij het woord van de koning eren. De kerken behoren Christus te erkennen als haar Hoofd, zijn wetten te gehoorzamen en geen andere wetgever te erkennen. Dat zou een bron van kracht zijn, gelijk het tegenovergestelde de oorzaak is van zwakheid.
2. Wij moeten naar niets anders uitzien om kracht te verkrijgen. Ontwikkeling, welsprekendheid, muziek, rijkdom, kerkelijke plechtigheden zijn de zwakheid zelf, als men er op steunt.
3. Wij moeten steunen op het woord van onze Koning als het instrument van kracht, telkens als wij in zijn naam wensen te arbeiden.
Predik het: want er is niets anders, dat de harten zal verbreken, de wanhopenden zal vertroosten, geloof zal doen geboren worden, of heiligheid zal teweegbrengen.
Pleit er op in het gebed: want de Heere zal gewis zijn eigen beloften houden en zijn kracht aanwenden om ze te vervullen.
Ontvang het in uw verstand en in uw hart; want waar de goddelijke waarheid als een schat wordt bewaard, daar zal overvloed zijn van geestelijke kracht.
Breng het in praktijk; want niemand kan iets zeggen tegen een leven, dat geregeld is naar de geboden van de Heere. Een gehoorzaam leven is vol van een kracht, voor welke mensen en duivelen hulde doen.
4. Wij zullen de eigen kracht zien op veel verschillende manieren.
Het vergadert de mensen om er naar te luisteren. De meeste mensen komen met dat al toch niet, om naar bloot menselijke leringen te horen, maar het kruis oefent overal zijn aantrekkingskracht uit.
Het maakt nieuwe bekeerden. Geen bekering is iets waard, tenzij gewerkt door het woord van de waarheid.
Het houdt die bekeerden ten einde toe. Het onverderfelijk zaad alleen brengt een onverderfelijk leven voort.
Er wordt in de kerk door Gods woord orde geschapen en orde bewaard.
De heiligen worden onderwezen, geheiligd en gevoed door het Woord.
Liefde, blijdschap, vrede en alle genade worden voortgebracht en gekweekt door het Woord.
Lees het koninklijk woord veel.
Spreek meer dan ooit van het woord van de koning, dat het evangelie is van de vrede.
Geloof in het woord van Koning Jezus en wees moedig om het te verdedigen.
Buig u voor hetzelve en wees geduldig en gelukkig.