Zie, een maagd zal zwanger worden en zij zal een Zoon baren. Jesaja 7:14
Er lag een bijzondere wijsheid in de beschikking dat Jezus Christus de Zoon van de vrouw zou zijn, en niet van de man; anders was Hij uit het vlees geboren. ‘Hetgeen uit het vlees geboren is, dat is vlees’, en enkel vlees. Dan zou Hij door de vleselijke verwekking vanzelfsprekend alle tekortkomingen, zonden en zwakheden hebben geërfd die de mens vanaf zijn geboorte heeft. Hij zou in zonde ontvangen zijn, geboren in ongerechtigheid, net als wij allen. Daarom werd Hij niet uit de man geboren, maar heeft de Heilige Geest de maagd Maria overschaduwd, en staat Christus daar als de enige Mens, op één andere na, Die rein uit de handen van Zijn Maker voortkwam en altijd kon zeggen: Ik ben rein. O wat een heerlijke aanblik! Hier zijn het eindige en het oneindige, hier zijn het sterfelijke en het onsterfelijke, het verderfelijke en het onverderfelijke, de mensheid en de Godheid. Hier is de tijd verenigd met de eeuwigheid, God verbonden met een schepsel; de oneindigheid van de verheven Schepper is gekomen om op dit spikkeltje aarde in een tent te wonen. De Onmetelijke en Onbegrensde, Die de aarde niet kan bevatten en de hemelen niet kunnen omsluiten, ligt in de armen van Zijn moeder. Hij Die de pilaren van het heelal heeft vastgezet en de nagels van de schepping heeft ingedreven, ligt aan de borst van een sterfelijk mens en is voor Zijn voeding afhankelijk van een schepsel. O heerlijke geboorte, o wondere ontvangenis! Waarlijk, de engelen begeren misschien in te zien in iets dat voor ons te verborgen is om erover te spreken. Daar laten we het bij. Een maagd heeft ontvangen, en een Zoon gebaard.