Mijn God zal mij horen. Micha 7:7
Vrienden kunnen ontrouw worden, maar de HEERE zal zich niet afwenden van de begenadigde ziel; integendeel: Hij zal naar al haar verlangens horen. De profeet zegt: “Bewaar de deuren van uw mond voor haar, die in uw schoot ligt. Eens mans vijanden zijn zijn huisgenoten”. Dit is een ellendige stand van zaken; maar zelfs in zulk een geval blijft de beste Vriend trouw en wij mogen Hem al ons verdriet vertellen. Het is wijs van ons, als wij zien op de HEERE en niet twisten met mannen of vrouwen. Als een hartelijk beroep op onze eigen familieleden door hen wordt veronachtzaamd, laten wij dan wachten op de God van onze zaligheid, want Hij zal ons horen. Hij zal ons te meer horen om de onvriendelijkheid en onderdrukking door anderen, en wij zullen spoedig reden hebben om uit te roepen: “Verblijd u niet over mij, o, mijn vijandin! ” Omdat God de levende God is, kan Hij horen; omdat Hij een liefhebbend God is, zal Hij horen; omdat Hij onze Verbondsgod is, heeft Hij zichzelf ertoe verplicht ons te horen. Als een ieder van ons van Hem kan spreken als “mijn God”, kunnen wij met volstrekte zekerheid zeggen: “mijn God zal mij horen”. Kom dan, o, bloedend hart, en laat uw verdriet zich uitspreken tot de HEERE, uw God! Ik wil in het verborgene mijn knieën buigen en inwendig fluisteren: “Mijn God zal mij horen”.