De heiligen in Jezus hebben, wanneer hun lichamen in vrede rusten, eeuwigdurende gemeenschap met Hem – ja, betere gemeenschap dan wij kunnen genieten. Wij hebben slechts een vluchtige glimp van Zijn gezicht; zij aanschouwen het elk moment. Wij zien hem “in een spiegel”, zij zien Hem van aangezicht tot aangezicht”. Wij nemen onderweg een slok uit de beek; zij storten zich in de oceaan van onbegrensde liefde. Wij mogen soms omhoog zien, om onze Vader te zien glimlachen; maar wanneer zij naar Hem opkijken glimlacht Zijn gezicht altijd altijd naar hen. Wij krijgen wat druppels troost, maar zij krijgen de honingraat zelf. Zij zijn vol van vrede, vol van vreugde voor altijd. Zij “rusten in Jezus.”