Als iemand Mij dient, laat hij Mij volgen, en waar Ik ben, daar zal ook Mijn dienaar zijn. En als iemand Mij dient, zal de Vader hem eren. (Johannes 12:26) Lees verder Johannes 13:12—17.
Dit is wat Jezus ook tegen ons zegt. Wij zijn Zijn diakenen, Zijn dienaren. De dag dat wij onszelf aan Hem gaven werden wij aangesteld om ons kruis op te nemen en Hem te volgen. En vandaag wijst Hij ons op een hoge berg en zegt, “Als je Mij wilt dienen, volg Mij.” Hij vraagt je niet om voor te gaan, Hij is ons zelf voorgegaan. Hij roept je niet om iets te doen wat Hij zelf nog nooit volbracht heeft.
O, kun je het vandaag met je hart zeggen:
Als Jezus leidt door vlam en vloed,
Zal ik Hem volgen waar Hij gaat.
O, stoor mij niet! is wat ik roep,
Al is ’t de hel die mij vertraagt.
Door al Uw plicht en door Uw proef,
Ja, ik zal gaan op Uw bevel.
O, stoor mij niet! vast is mijn doel,
Het land van mijn Immanuel.
Dit is echt dienen, het beste wat we kunnen geven, te volgen waar Hij leidt. Ook als de weg ruw of moeilijk is, houdt vol tot het einde, ook al is het einde de martelaarsdood. Kom broeders, zeker als je nog maar net onderweg bent en nog maar net bij Jezus in dienst bent gegaan. Laat mij je Christus’ weg uitstippelen, en als je Hem wilt dienen, volg Hem dan. Ik weet dat het trotse vlees Christus wil dienen door nieuwe wegen uit te stippelen. Trotse mensen hebben de neiging om een nieuwe leer te verkondigen, een nieuw soort kerk te beginnen, origineel na te denken, te oordelen, te overwegen een alles te doen behalve gehoorzamen. Daarmee dien je Christus niet. Hij die Christus wil dienen moet Hem volgen. Hij moet tevreden zijn om alleen de oude voetstappen te drukken en alleen te gaan waar Christus leidt. In onze Godsdienst moet niets zijn wat we zelf verzonnen hebben. We moeten onze gedachten, oordelen en meningen aan Christus’ voeten leggen. We moeten doen wat Hij ons gebiedt, gewoon omdat Hij het bevel geeft. Kijk, discipelen, naar je Heere.
Ter overdenking
Luister naar Gods gebod om de aloude paden te bewandelen (Jeremia 6:16). Zijn paden, de paden die Jezus en Zijn discipelen bewandelden, zijn de enige veilige paden voor onze voetstappen (Psalm 17:5).
Preek nr. 463, 3 augustus 1862