Opdat de beproeving uws geloofs, die veel kostelijker is dan van het goud, hetwelk vergaat en door het vuur beproefd wordt, bevonden worde te zijn tot lof, en eer, en heerlijkheid, in de openbaring van Jezus Christus. 1 Petrus 1:7
De apostel verklaart dat u evenals het goud door het vuur beproefd moet worden: u hebt geloof en geloof moet beproefd worden; dit is in overeenstemming met haar aard en naar Gods voornemen. Het geloof van Abraham werd zwaar op de proef gesteld, en dat zal ook het geval zijn met alle gelovigen (Hebr. 11:17). Om te laten blijken dat uw godsdienst echt metaal is en geen imitatie daarvan, of alleen maar vergulde prullaria, moet het beproefd worden. Uw Meester werd beproefd: Hij heeft Zijn kroon niet zonder strijd gewonnen; Hij heeft Zijn beloning niet zonder zware arbeid verkregen. Er bestaat een reden voor de verdrukking die we nu doormaken. God heeft daar de hand in – opdat Hij zal ontvangen alle lof en heerlijkheid en eer bij de verschijning van Zijn dierbare Zoon; lof, heerlijkheid en eer, waarin wij zullen delen. Kom aan dan, broeders, als we door het vuur moeten, laten we dan onze lendenen opschorten om erdoor te trekken. Laten we niet vrezen, want de Heere heeft gezegd: ‘Wanneer gij door het vuur zult gaan, zult gij niet verbranden, en de vlam zal u niet aansteken’ (Jes. 43:2). Broeders, als we voor korte tijd beproefd moeten worden, laten we ons aangezicht dan als een keisteen maken om die beproeving te dragen. Laten we ons niet laten meevoeren door smart of vrees. Laten we ons, daar God er Zijn grote bedoelingen mee heeft, buigen voor Zijn goddelijke wil en slechts vragen dat aan Zijn heilige bedoeling volkomen zal worden voldaan. Laat ons hopen dat we tijdens de beproeving onderhouden zullen worden en dat we als een gevolg daarvan geheiligd zullen worden en laat onze hemel niet bewolkt worden door de wolken van ongelovige vrees.