Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Want van Hem is mijn verwachting… Psalm 62 vers 6
Wat is het een voorrecht voor de gelovige dat hij deze woorden kan gebruiken. Wanneer we iets van de wereld verwachten, is dat een armzalige verwachting. Maar als we naar God opzien voor de vervulling van onze noden, zal onze verwachting niet tevergeefs zijn, of het nu om tijdelijke of geestelijke zegeningen gaat. We mogen steeds weer naar de bank van het geloof gaan en ons laten voorzien vanuit de rijkdommen van God. Ik heb God liever als mijn Bankier, dan alle Rotschilds bij elkaar (in Spurgeons tijd waren dit de aanzienlijkste bankiers van Engeland). Mijn Heer blijft nooit in gebreke. Hij houdt Zijn beloften altijd. Als wij Zijn eigen woorden voor Zijn troon brengen, stuurt Hij ons nooit terug zonder ons antwoord te geven. Het enige wat ik daarom moet doen, is wachten bij Zijn deur, want Hij opent die altijd met de hand van Zijn genade. Onze verwachting gaat verder dan alleen de dingen van dit leven. Wij zullen al snel moeten sterven, en ook dan is onze verwachting van Hem. Als wij op ons sterfbed liggen, verwachten we dat Hij Zijn engelen zal sturen om ons in Zijn schoot te dragen. Wij verwachten dat er een hemelse bode komt, op het moment dat onze pols krachteloos wordt en ons hart verstijft. Wij verwachten dat deze bode ons vriendelijk zal aanzien en zal fluisteren: ’Broeder of zuster, kom met mij mee!’ Als wij dicht bij de poort van de hemel komen, verwachten wij de welkome uitnodiging te horen: ‘Kom, gezegende van de Vader, en neem het Koninkrijk in bezit wat voor u weggelegd is!’ Wij verwachten gouden harpen en kronen van heerlijkheid. Wij hopen spoedig te stralen voor de troon. Wij zien vooruit en zien verlangend uit naar de tijd dat wij gelijk zullen zijn aan onze verheerlijkte Heer. Als dit nu de dingen zijn die wij verwachten, laten we dan voor God leven. Laten we leven met het verlangen en het voornemen om Hem te verheerlijken, van Wie alle goede gaven afkomstig zijn. Alleen door Zijn verkiezende, verlossende en roepende genade verwachten wij de toekomstige heerlijkheid!