Gij zult opstaan, Gij zult U ontfermen over Sion, want de tijd om haar genadig te zijn, want de bestemde tijd is gekomen. Want Uw knechten hebben een welgevallen aan haar stenen, en hebben medelijden met haar gruis. Psalm 102: 13-14
Ja, onze gebeden voor de kerk worden verhoord. De bestemde tijd is gekomen. Wij houden van de gebedsbijeenkomsten, en de zondagsschool, en alle diensten van het huis van de HEERE. Als dit het gevoel van ons allemaal is, dan zullen we snel kunnen genieten van tijden van verfrissing door de aanwezigheid van de Heere. Onze samenkomsten zullen worden gevuld, de heiligen zullen herleven, en zondaren zullen worden bekeerd. Dit kan alleen door de genade van de Heere. Maar het zal gebeuren, en we worden opgeroepen om het te verwachten. De tijd, de bestemde tijd, is gekomen. Laten we onszelf opwekken. Laten ons elke steen van Sion liefhebben, al is het gevallen. Laten we de minste waarheid, het geringste gebod, de kleinste gelovige, als een schat bewaren, hoewel sommigen hen slechts als gruis verachten. Als we Sion liefhebben, zal God haar liefhebben. Als we plezier in het werk van de HEERE hebben, zal de HEERE er Zelf plezier in hebben. Wij zijn gebonden aan het hart van alle mensen van God en kunnen echt zeggen:
There’s not a lamb in all thy flock
I would disdain to feed
There’s not a foe before whose face
I’d fear thy cause to plead.