Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Ik ben een vreemdeling bij U. Psalm 39 vers 13
Ja Heere, ik ben een vreemdeling bij U, maar niet voor U. Uw genade heeft al mijn vervreemding van U weggenomen, en nu leef ik in gemeenschap met U; als een pelgrim reis ik door deze zondige wereld als door een vreemd land. U bent een vreemdeling in Uw eigen wereld. De mens vergeet U, onteert U, kiest nieuwe wetten en vreemde gewoonten, en kent U niet. Toen Uw lieve Zoon tot het Zijne kwam, hebben zij Hem niet aangenomen. Hij was in de wereld en de wereld is door Hem ontstaan, en de wereld heeft Hem niet gekend. Nog nooit was iemand zo vreemd onder zijn broers als Uw Zoon. Het is daarom geen wonder als ik een vreemdeling op aarde ben. Heere, ik zou geen burger willen zijn in het land waar U een Vreemdeling was. Uw doorboorde hand heeft de koorden kapot gebroken waarmee ik aan de wereld vast zat. Nu voel ik mij een vreemdeling. Het lijkt soms wel of ik een of andere vreemde taal spreek. Volgens sommigen zijn mijn manieren vreemd, en mijn daden ook. Een Turk zal zich in Londen beter thuis voelen dan ik mij thuis voel bij zondaren. Maar wat dit voor mij heerlijk maakt, is het volgende: ‘Ik ben een vreemdeling bij U.’ U bent bij mij, U lijdt met mij mee en U bent mijn medereiziger. Wat is het geweldig om in Uw gezelschap te zijn! Mijn hart brandt in mij als U met mij spreekt. Ik ben oneindig veel gelukkiger dan zij, die op tronen zitten en zich veel meer thuis voelen dan ik mij voel!
Ik ben een vreemdeling op aard,
mijn Heer, zoals U Zelf het waart.
Maar ‘k weet, ik nader stap voor stap
het einde van mijn vreemdelingschap.