Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Mensenkind, wat heeft het hout van de wijnstok voor op elk ander rankendragend hout dat onder de bomen van het woud is? Ezechiël 15 vers 2
Deze woorden zijn bedoeld om Gods kinderen te verootmoedigen. Zij worden Gods wijnstok genoemd. Maar wat zijn zij van nature meer dan anderen? Zij zijn door Gods goedheid vruchtbaar geworden, omdat zij in goede grond geplant zijn; zij brengen vruchten voort tot Zijn eer; maar wat zijn zij zonder hun God? Wat zijn zij zonder de onophoudelijke invloed van de Heilige Geest, Die hen vruchtbaar maakt? Laten wij alle trots ver van ons houden, nu wij zien dat wij niets hebben om ons op voor te laten staan. Hoe meer je bezit, hoe meer je in de schuld staat bij God. Je kunt toch niet trots zijn op iets dat je een schuldenaar maakt? Let eens op je afkomst, kijk eens terug naar wie je was. Bedenk wat er van je geworden zou zijn zonder Gods genade. En overdenk dan eens hoe het nu met je is. Staan je niet duizend afdwalingen voor ogen? Vertellen zij je niet dat je onwaardig bent om een zoon van de Vader genoemd te worden? Misschien heb je iets bereikt, maar laat dat je niet zien dat het genade is, die je anders maakte? Misschien mag je een groot geloof bezitten, maar je zou een grote zondaar zijn als God je niet had veranderd. Misschien strijd je voor de waarheid, maar je zou even moedig voor de dwaling gestreden hebben, als de genade je niet gegrepen had. Wees daarom nooit hoogmoedig, hoewel je misschien een hoge rang bekleedt, en veel genade bezit. Het minste voorwerp kun je zelfs niet van jou noemen, behalve je eigen zonde en ellende. Wat zou het absurd zijn, als iemand, die alles wat hij heeft, geleend heeft, zich erop zou beroemen. Je bent een arm, afhankelijk schepsel, dat leeft van de goedheid van de Zaligmaker. Je leven zou wegsterven zonder de frisse levensstromen die uit Jezus vloeien. En toch ben je hoogmoedig! Dwaas hart, wat een schande is dit!