En de Heere zeide tot den satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man, oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad; en hij houdt nog vast aan zijn oprechtigheid, hoewel gij Mij tegen hem opgehitst hebt, om hem te verslinden zonder oorzaak. Job 2:3
De Heere stuurt ons het kwade en het goede in dit sterfelijke leven; het Zijne is de zon die doet juichen en de vorst die ons laat rillen; de kalme rust is het Zijne en de woeste tornado is het Zijne. Blijven nadenken over hoe het misschien anders had kunnen zijn is dikwijls niet goed. Mensen zeggen van elke aandoening: “Het had voorkomen kunnen worden als het zus of zo was gebeurd.” Misschien was het leven van het lieve kind gespaard gebleven als er een andere arts was ingeschakeld; misschien was ik, als ik in de zakenwereld zo’n kant op was gegaan, geen verliezer geweest. Waarom zouden we blijven nadenken over wat er had kunnen gebeuren? In eindeloze vermoedens zijn we verloren, we zijn wreed voor onszelf, zo verzamelen we materiaal voor onnodige droefheid. De dingen liepen anders; waarom dan gissen wat er zou zijn gebeurd als het anders was geweest? Het is dwaasheid. We worden verontwaardigd door ons verdriet en onderwerpen ons dus niet aan God. Zolang ik mijn pijn herleid tot een ongeluk, mijn verlies tot de fout van een ander, mijn ongemak voor een vijand, enzovoort, ben ik van de aarde, aards; maar als ik opzie tot mijn God en Zijn hand aan het werk zie, word ik kalm; ik zal niet klagen. “ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan” (Psalm 39:9 SV). “Werp uw last op den Heere” is een voorschrift dat gemakkelijk te beoefenen zal zijn als u ziet dat de last oorspronkelijk van God kwam.