Hij dan zeide: zou Mijn aangezicht moeten medegaan om u gerust te stellen? Ex. 33:14.
Kostelijke belofte! HEERE, stel mij in staat haar geheel als de mijne mij toe te eigenen. Op bepaalde tijden moeten wij onze verblijfplaats verlaten, want wij hebben hier geen blijvende stad. Het gebeurt dikwijls, dat wij, wanneer wij ons in een plaats thuis voelen, plotseling vandaar worden weggeroepen. Hier is het tegengif voor deze ziekte. De HEERE zal ons zelf gezelschap houden. Zijn aanwezigheid, die Zijn gunst insluit, Zijn gemeenschap, Zijn zorg, en Zijn macht, zullen altijd met ons zijn op elk van onze tochten. Dit betekent veel meer dan het zegt; want het betekent inderdaad alles. Als wij God bij ons hebben, bezitten wij hemel en aarde. Ga met ons mee, HEERE, en beveel mij dan te gaan waar Gij wilt! Maar wij hopen een rustplaats te vinden. De tekst belooft die. Wij zullen een rust genieten, die God geeft, maakt, en bewaart. Zijn aanwezigheid zal ons rustig doen zijn, zelfs als wij op mars zijn, ja, zelfs midden op het slagveld. Rust! Driemaal gezegend woord! Kan zij ooit door stervelingen geboden worden? Ja, de belofte ligt er, en door het geloof pleiten wij erop. Rust komt van de Trooster, de Vredevorst, en van de heerlijke Vader, die op de zevende dag rustte van al Zijn werken. Bij God te zijn is rust te genieten in de meest nadrukkelijke zin.