Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
De mens is kort van dagen en zat van onrust. Job 14:1
Het kan ons van groot nut zijn, om dit bedroevende feit te herinneren, alvorens wij ons ter ruste begeven; want het kan dienen om ons losser te maken van de aardse dingen. Er ligt niet iets zeer aangenaams in de herinnering, dat wij niet beveiligd zijn tegen de pijlen van de tegenspoed, maar zij kan ons verootmoedigen en ons verhinderen te roemen, gelijk de psalmist in ons morgenstukje: “mijn berg is vastgezet, ik zal niet wankelen in eeuwigheid.” De herinnering aan dit woord kan ons verhinderen ons te vast te wortelen in deze grond, waaruit wij zo spoedig moeten overgeplant worden in de hemelse hof. Laat ons bedenken, dat wij de tijdelijke zegeningen ter leen hebben ontvangen. Indien wij bedachten, dat al de bomen van de aarde door de bijl des houthakkers getekend zijn, zouden wij niet zo gereedelijk onze nesten daarin bouwen. Wij zouden liefhebben, maar met een liefde die de dood verwacht en op scheiding rekent. Onze dierbare betrekkingen zijn ons slechts geleend, en het uur, waarop wij ze moeten teruggeven in de hand van Hem, die ze ons leende, kan zeer nabij zijn. Hetzelfde geldt evenzeer van onze aardse goederen. Heeft niet de rijkdom vleugelen om weg te vliegen? Onze gezondheid is even onzeker. Wij zijn tedere bloemen des velds, en moeten niet menen altijd te zullen bloeien. Er zijn ook tijden van zwakheid en ziekte, waarin wij God moeten verheerlijken door het lijden, en niet door ernstige werkzaamheid. Geen enkele wijze is er, waarop wij kunnen hopen te ontkomen aan de scherpe pijlen van de droefheid; van de weinige dagen van ons leven is er niet een enkele tegen smarten beveiligd. Het leven van de mens is als een vat met bittere wijn; wie daarin vreugde denkt te vinden, moet liever naar honing zoeken in het zilte water van de zee. Lieve lezer! zet niet uw hart op de dingen dezer aarde, maar zoek de dingen die boven zijn, want hier verteert de mot, en breken de dieven door, maar daar is alle vreugde onophoudelijk en eeuwig. Het moeilijke pad is de weg naar huis. Heer! laat deze gedachten een kussen zijn voor het vermoeide hoofd van menigeen.