Ik zal je drie dwazen laten zien. Daarginds ligt een soldaat op het slagveld, zwaar gewond en bijna dood. De hospik is bij hem en de soldaat stelt hem een vraag. Luister naar zijn vraag en oordeel over zijn dwaasheid. Wat vraagt hij? Vraagt hij met grote bezorgdheid of de wond fataal is, of de dokter in staat is om hem te genezen en of de middelen beschikbaar zijn? Nee, hij vraagt niets van dat alles. Vreemd genoeg vraagt hij: “Kunt u mij ook vertellen door welk wapen ik getroffen ben en wie de vijand is die mij die wond heeft toegebracht? Ik zou heel graag de oorzaak van mijn wond willen weten!” De man is buiten zinnen; zijn hoofd is in de war; want als hij op zo’n moment zulke vragen stelt, is dat genoeg bewijs dat hij buiten zinnen is.
Ik ken nog zo’n dwaas. Er is een orkaan losgebarsten; het schip wordt voorwaarts gesleurd door de golven; de stormwinden hebben het schip in hun greep; de masten kraken; de zeilen worden aan flarden gescheurd en de storm woedt nog steeds – waar is de kapitein? Is hij aan dek, observeert hij het gevaar en geeft hij de nodige orders om zo mogelijk aan schipbreuk te ontsnappen? Nee, hij is in zijn hut en daar denkt hij na over de oorzaak van de storm. “Die wind is echt raadselachtig,” zegt hij, “niemand weet waar hij vandaan komt.” Terwijl hij zo dwaas piekert, laat hij het schip, het leven van de matrozen en zijn eigen leven in gevaar. Die man is dwaas! Ontneem hem het roer, want hij is gek geworden.
“De derde dwaas zal ongetwijfeld bij een lezer gevonden worden. Je bent ziek en je wordt door de zonde getroffen als door een dodelijke ziekte; je bent gevangen in de storm en orkaan van goddelijke wraak, en toch vraag je: “Wat is de oorzaak van het kwaad?” Als je jezelf deze vraag stelt, ben je buiten zinnen – geestelijk dwaas. Je zou deze vraag niet stellen als je in een gezonde gemoedstoestand was. Je vraag zou moeten zijn: “Hoe zal ik van deze ziekte genezen?” en niet “Hoe is het kwaad, de zonde, in de wereld gekomen?” maar eerder “Hoe kan ik eraan ontkomen?”. Dus niet: “Hoe werd Sodom door vuur verwoest?” maar: “Hoe kan ik, net als Loth, naar Zoar vluchten?”. Niet: “Hoe kan het dat ik ziek ben?” maar: “Zijn er geen medicijnen om mij te genezen?”. Is er een Medicijnmeester te vinden die mijn ziel kan genezen?” Ach, je houdt je bezig met kleinigheden terwijl je het enige noodzakelijke verwaarloost.