Gij zijt Mijn knecht, Israël! gij zult van Mij niet vergeten worden. Jes. 44:21
Onze HEERE kan Zijn knechten niet zó vergeten, dat Hij zou ophouden hen lief te hebben. Hij verkoor hen niet voor een tijd, maar voor eeuwig. Hij wist wat zij zouden zijn, toen Hij hen in het goddelijk gezin noodde. Hun zonden wist Hij uit als een wolk; en wij kunnen er zeker van zijn, dat Hij hen niet de deur uit zal zetten om ongerechtigheden, die Hij heeft uitgewist. Het zou godslasterlijk zijn zich zo iets voor te stellen. Hij zal hen niet zó vergeten, dat Hij ophoudt aan hen te denken. Eén ogenblik van vergeten van de kant van onze God zou onze ondergang zijn. Daarom zegt Hij: ‘Gij zult van Mij niet vergeten worden”. Mensen vergeten ons; zij aan wie wij hebben welgedaan, keren zich tegen ons; wij hebben geen blijvende plaats in de wispelturige harten van mensen, maar God zal nooit één van zijn trouwe knechten vergeten. Hij verbindt zichzelf aan ons, niet door wat wij doen voor Hem, maar door wat Hij heeft gedaan voor ons. Wij zijn te lang bemind en voor een te hoge prijs gekocht, om nu te worden vergeten. Jezus ziet in ons de arbeid van Zijn ziel, en die kan Hij nooit vergeten. De Vader ziet in ons de bruid van Zijn Zoon, en de Geest ziet in ons Zijn eigen krachtdadig werk. De HEERE denkt aan ons. Wij zullen deze dag worden geholpen en ondersteund. O, dat de HEERE door ons nooit mag worden vergeten!
