Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
En nu wat hebt gij te doen met de weg van Egypte, om de wateren van Sihor te drinken. Jeremia 2:18
Door verschillende tekenen, door velerlei genadebewijzen, door wonderbare uitreddingen had Jehova bewezen, dat Hij Israels vertrouwen waardig was. Evenwel braken zij de omtuiningen af, waarmee de Heere hen als een heilige wijngaard had ingesloten; zij verlieten hun waren, levende God en volgden valse goden na. Gedurig bestrafte de Heere hen over deze dwaasheid, en onze tekst geeft ons een voorbeeld van Gods redetwisten met hen: “Wat hebt gij te doen met de weg van Egypte, om de wateren van de modderige rivier te drinken?” want zo kan het vertaald worden. “Waarom dwaalt gij ver af, en verlaat gij uw eigen frisse stroom van Libanon? Waarom verlaat gij Jeruzalem en keert gij u naar Noph en Tachpahes? Waarom zijt gij zo gesteld op het kwade, dat gij niet kunt tevreden zijn met hetgeen goed en heilzaam is, maar zoekt naar dingen, die slecht en bedrieglijke zijn?” Is dit ook niet een woord van waarschuwing voor de Christen? O, gij ware gelovige, geroepen door genade, gewassen in het dierbaar bloed van Jezus, gij hebt betere lafenis geproefd dan die, welke de bezoedelde stroom van de wereldse vermaken u geven kan, gij hebt gemeenschapsoefening met Christus gehad; gij hebt de vreugde gesmaakt, Jezus te zien en uw hoofd aan zijn boezem te doen rusten. Kunnen de nietigheden, de liederen, de eer, de dartelheid van deze aarde u nu nog bevredigen? Hebt gij het brood van de engelen gegeten, en kunt gij u nog verzadigen met ledige doppen? De waardige Rutherford zei eens: “Ik heb Christus eigen manna geproefd, en het heeft mijn smaak bedorven voor het grove brood van de wereldvreugde.” Mij dunkt zo moet het ook u gaan. Zijt gij op weg naar de wateren van Egypte, o, keer haastig weer tot de ene, levende bron; de wateren van Sihor mogen de Egyptenaren zoet smaken, voor u zullen zij enkel bitterheid zijn. Wat hebt gij er mee te doen? Jezus doet u deze avond die vraag. Wat antwoordt gij?
