Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, in smaadheden, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus ’ wil; want als ik zwak ben, dan ben ik machtig. 2 Korinthe 12:10
Als we zwak zijn, zijn we machtig, want dan worden we van onszelf tot God gedreven. Alle sterkte is in God en we doen er goed aan om tot de enige voorraadschuur en bron van alle macht te gaan. Buiten God bestaat er geen macht. Zolang u en ik op het schepsel zien, zien we op gescheurde, gebroken bakken die geen water houden; maar als we weten dat die gebroken zijn en dat er geen druppel water in te vinden is, dan haasten we ons tot de grote fontein en springader. Zolang we nog enigermate op onszelf of op het schepsel vertrouwen, staan we nog met één voet op het zand, maar zodra we ons van de menselijke natuur afwenden, omdat we te zwak zijn om ook maar het geringste vertrouwen op onszelf te stellen, komen we met beide voeten op de rots te staan en dan zijn we veilig. Als u in de levende God gelooft, en als u helemaal uit het geloof leeft, dan bent u machtig. Maar als u enigermate in God gelooft en tegelijkertijd enigermate op uzelf vertrouwt, dan leidt u een kwijnend bestaan en gaat de helft van de blijdschap die u kunt ervaren, verloren. U neemt met uw ene hand brood en met de andere hand vergif in; u voedt uw ziel met echte spijs en met iets, waarvan u denkt dat het voedsel is, en dat is een kwalijke vermenging. Als het schijnvoedsel wordt weggenomen en u zich alleen maar met de ware spijs voedt, dan zult u een machtig mens zijn.
