Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Zijn zij Israëlieten? Ik ook. 2 Korinthe 11:22
Wij hebben hier een persoonlijke aanspraak, die bewijs nodig heeft. De apostel wist dat zijn recht onbetwistbaar was; maar er zijn vele mensen, die geen recht op de titel hebben, en die toch aanspraak maken op het deelgenootschap aan het Israël Gods. Indien wij met vrijmoedigheid willen verklaren: “Ik ben ook een Israëliet,” laat ons het niet doen, dan nadat wij onze harten beproefd hebben voor God. Maar indien wij het bewijs kunnen leveren, dat wij Jezus volgen; indien wij van harte kunnen zeggen: “Ik vertrouw Hem geheel, Hem alleen, in eenvoudigheid, nu en eeuwig,” dan zijn de rechten van Gods heiligen en hun bezittingen de onze; wij mogen de minsten in Israël zijn, minder dan de geringsten van de gelovigen, nochtans, daar Gods ontfermingen zijn voor de heiligen en niet voor vergevorderde, of wel onderwezen heiligen, mogen wij pleiten: “Zijn zij Israëlieten, ik ook; daarom zijn de beloften de mijne, de genade is mijn, en de heerlijkheid zal de mijne zijn.” De aanspraak, wanneer men haar op de rechte wijze doet gelden, zal een ongekende troost schenken. Wanneer Gods volk er zich in verheugt, dat zij zijn eigendom zijn, welk een vreugde voor mij, indien ik zeggen kan: “Ik ook!” Wanneer zij ervan spreken, dat zij gewassen, gerechtvaardigd en aangenomen zijn in de Geliefde, hoe heerlijk te kunnen instemmen: “Ik ook, door Gods genade.” Maar dit deelgenootschap geeft niet slechts genoegens en voorrechten, het legt ook voorwaarden en verplichtingen op. Wij moeten zowel de onweerswolk als de zonneschijn van Gods kinderen delen. Wanneer we ze horen verachten en bespotten, omdat zij Christenen zijn, moeten wij onbevreesd te voorschijn treden en zeggen: “Ik ben het ook.” Wanneer wij ze voor Christus zien arbeiden, hun tijd, hun talenten, hun gehele hart aan Jezus wijdende, moeten wij kunnen zeggen: “Dat doe ik ook.” O, laten wij onze dankbaarheid door onze toewijding bewijzen, en leven als degenen, die, op een voorrecht aanspraak makende, de verantwoordelijkheid, daaraan verbonden, gewillig op zich nemen.