Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Waarom ga ik in het zwart? Psalm 42:10
Gelovige ziel, kunt gij hierop antwoorden? Kunt gij de reden vinden, waarom gij zo dikwijls in het zwart gaat, in plaats van u te verblijden? Waartoe u over te geven aan sombere voorgevoelens? Wie heeft u gezegd dat de nacht nimmer in dag zou overgaan? Wie heeft u gezegd, dat uw levensdraad afgesponnen zou worden, zonder iets na te laten dan de akeligste armoede? Wie zei u, dat het jaar van uw ongenoegen zou voortgaan van kou tot kou, van sneeuw tot ijs, en hagel, en dikker sneeuw, en steeds heviger storm en wanhoop? Weet gij niet, dat de dag op de nacht volgt, dat vloed na eb komt, dat op najaar zomer en winter volgen? Hoop dan! Blijf altijd hopen! want God verlaat u niet. Weet gij niet dat uw God u te midden van dat alles liefheeft? Al zijn de bergen in de duisternis verborgen, zij bestaan er niet minder om dan op de klare middag; zo is Gods liefde even trouw jegens u, nu, in uw bedruktheid, als zij het in uw helderste ogenblikken was. Geen vader zal altijd straffen; uw Heere haat de roede evenzeer als gij; Hij wil haar alleen gebruiken met het doel, om u gewillig te maken om haar kastijdingen te ontvangen, en tot het bevorderen van uw eeuwig welzijn. Gij zult Jacob’s ladder weer beklimmen met de engelen, en Hem zien, die bovenaan staat, uw Verbonds God. Gij zult te midden van de eeuwige heerlijkheid de beproevingen des tijds vergeten, of die alleen gedenken om God te loven, die er u doorgeholpen en uw eeuwig welzijn er door bevorderd heeft. Welaan, zing dan te midden van de zorgen. Verblijd u, al gaande door de vuuroven heen. Doe de wildernis bloeien gelijk een roos! Laat de woestijn weergalmen van uw vreugde, want deze zeer lichte verdrukking zal ras voorbijgaan, en dan, “voor eeuwig met de Heere,” zal uw geluk nimmer afnemen. Vrees niet de Heiland te vertrouwen; Zijn liefde zal Hem niet berouwen; Zo gij gelooft, ge ervaart gewis Dat Hij uw al in alles is.