Mijn genade is u genoeg, want mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. 2 Kor. 12:9
Onze zwakheid moet worden gewaardeerd, omdat zij ruimte maakt voor goddelijke kracht. Wij zouden nooit de macht van de genade hebben gekend, als wij niet de zwakheid van onze natuur hadden gevoeld. Geprezen zij de Heere voor de doorn in het vlees, en de engel van Satan, wanneer zij ons uitdrijven naar de sterkte van God. Dit is een kostbaar woord van de eigen lippen van onze Heere. Het heeft de schrijver doen lachen van vreugde. De genade van God genoeg voor mij! Ik zou denken dat zij dat is. Is de lucht niet genoeg voor de vogel, en de oceaan voor de vis? De Algenoegzame is genoeg voor mijn grootste behoefte. Hij, die genoegzaam is voor aarde en hemel, is zeer zeker in staat het geval van een arme worm, gelijk ik ben, onder de ogen te zien. Laten wij dan terugvallen op onze God en zijn genade. Als Hij ons verdriet niet wegneemt, zal Hij ons in staat stellen het te dragen. Zijn kracht zal in ons worden uitgegoten, totdat de worm de bergen zal dorsen, en een stumper overwinnaar zal worden over alle aanzienlijken en machtigen. Het is beter de kracht van God te bezitten dan onze eigene; want al zouden wij duizendmaal sterker zijn dan wij zijn, het zou niets betekenen in het aangezicht van de vijand; en als wij zwakker zouden zijn dan wij zijn, wat nauwelijks mogelijk is, zouden wij toch alles vermogen door Christus.