En Samuël zeide: Spreek, want Uw knecht hoort. 1 Samuël 3:10
Spreek, want Uw knecht hoort’ schijnt ook een belofte in te houden, namelijk, dat als de Heere maar zal spreken, wij ook zullen horen. Ik ben bang dat we soms niet echt naar God luisteren. Veronderstel dat we de Heere bidden tot ons te spreken, en wij dan na het gebed weggaan en druk zijn met onze wereldse gesprekken – dan handelen we daarin zeker niet consequent. Een gesprek wil zeggen dat er twee mensen met elkaar praten, ja toch? Het kan geen gesprek zijn als ik alleen maar praat, of mijn vriend. Zo is het ook in het spreken met God. Daarbij moet het, zoals we dat zeggen, van twee kanten komen. U spreekt met God; wees daarna stil en laat God tot u spreken. Sommige mensen kunnen niet bidden wanneer ze dat willen. Ik herinner me dat George Muller het zo mooi heeft gezegd: ‘Als het voor u de tijd is om te bidden, en u dat niet kunt, probeer het dan ook niet. Als u niet met God kunt spreken, probeer het dan niet. Laat God met u spreken. Sla uw Bijbel op en lees een gedeelte.’ Soms is het ook de ware gemeenschap met de Heere om alleen maar stil te zitten, op te zien, niets te zeggen, maar juist in een ‘gewijde stilte van de geest’ uw hemel en uw God te vinden. ‘Spreek, want Uw knecht hoort.’ Ik heb tot U gebeden, ik heb U mijn verdriet verteld, en nu zit ik alleen maar stil om te horen of Gij iets tot me te zeggen hebt. Als Gij wilt gebieden, zal ik gehoorzamen. Als Gij me wilt troosten, zal ik geloven. Als Gij me wilt terechtwijzen, zal ik in ootmoed mijn hoofd buigen. Als Gij me de verzekering van Uw liefde wilt geven, zal ik op elke klank van Uw stem opspringen. Spreek slechts, Heere, want Uw knecht hoort.