Die roemt, roeme in de Heere. 1 Korinthe 1:31
Jezus draagt alle heerlijkheid die de pracht en praal van de hemel Hem kan schenken en die tienduizend maal tienduizenden engelen Hem kunnen toebrengen. Zelfs met uw grootste voorstellingsvermogen kunt u zich geen indruk vormen van Zijn alles te boven gaande grootheid. Toch zal er nog een verdere openbaring zijn, als Hij uit de hemel zal neerdalen met grote macht, met al Zijn heilige engelen. ‘Dan zal Hij zitten op de troon Zijner heerlijkheid.’ O, de grootsheid van die heerlijkheid! Ook dit zal het einde niet zijn, want in de eeuwigheid zal Zijn lof weergalmen. ‘Uw troon, o God, is in alle eeuwigheid.’ Lezer, als u zich wilt verheugen in Christus’ heerlijkheid hierna, dan moet Hij ook nu heerlijk in uw ogen zijn. Is dat zo?