Zij hebben Mij zonder oorzaak gehaat. Johannes 15:25 Verder lezen: 1 Petrus 4:12-19
Zorg ervoor dat als de wereld je haat, zij je zonder oorzaak haat. Als de wereld zich tegen je moet verzetten, heeft het geen zin om dit verzet uit te lokken. Deze wereld is bitter genoeg zonder dat ik er azijn aan toevoeg. Sommige mensen lijken zich in te beelden dat de wereld hen zal vervolgen; daarom nemen ze een gevechtshouding aan, alsof ze vervolgingen uit willen lokken. Welnu, daar zie ik niets goeds in. Zorg ervoor dat andere mensen geen hekel aan je hebben. Werkelijk, de tegenstand die sommige mensen ondervinden is niet omwille van de gerechtigheid, maar vanwege hun eigen zonden of vanwege hun eigen slechte humeur. Menig christen woont in een huis, een christelijk dienstmeisje misschien; ze zegt dat ze vervolgd wordt omwille van de gerechtigheid. Maar ze heeft een slechte houding. Soms is ze ruw in de mond en dan berispt haar meesteres haar. Dat is iets anders dan vervolgd worden omwille van de gerechtigheid. Of neem iemand anders, een koopman in de stad bijvoorbeeld; hij geniet niet veel achting. Hij zegt dat hij vervolgd wordt omwille van de gerechtigheid. In werkelijkheid komt het echter omdat hij een tijdje geleden een afspraak niet nakwam. Weer een ander zegt dat hij vervolgd wordt omwille van de gerechtigheid; maar hij speelt steeds over iedereen de baas, en nu en dan zijn er mensen die hem terechtwijzen. Let erop, christenen, dat als u vervolgd wordt, dit is omwille van de gerechtigheid. Als je namelijk zelf enige vervolging oproept, dan moet je deze zelf verdragen. Met de vervolging die je jezelf door je eigen zonden bezorgt, heeft Christus niets te maken; het zijn kastijdingen voor je. Ze hebben Christus zonder oorzaak gehaat; wees er dus niet bang voor om gehaat te worden. Ze hebben Christus zonder oorzaak gehaat; lok het dus niet uit om gehaat te worden en geef de wereld er geen oorzaak voor.
Ter overdenking
De apostel Paulus wist wat het lijden voor de zaak van Christus werkelijk betekende (2 Kor. 11:23-27). Het was iets dat hij vermeed door een beroep te doen op de wet, (Hand. 22:25-29) en hij deed niet alsof hij vervolgd werd toen hij zelf het probleem veroorzaakte (Hand. 23:1-5).
Preek nr. 89