Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Goede Meester. Mattheus 19:26
Indien de jongeling in het Evangelie deze titel gebruikte, waar hij de Heere aansprak, met hoeveel temeer recht mag ik Hem zo noemen? Hij is inderdaad mijn Meester in de beide betekenissen van het woord: een meester die gebiedt, en een die onderwijst. Het is mijn vreugde, zijn bevelen te volbrengen en aan zijn voeten te zitten. Ik ben beide zijn dienstknecht en zijn leerling, en acht die dubbele betrekking mijn hoogste eer. Als Hij mij vroeg, waarom ik Hem goed noem, zou ik mijn antwoord gereed hebben. Het is waar, dat “niemand goed is dan één, namelijk God,” maar Hij is God, en de goddelijke goedheid vertoont zich in Hem. In mijn ervaring heb ik Hem zo goed, zo waarlijk goed gevonden, dat alles goeds mij door Hem geworden is. Hij was goed voor mij, toen ik dood was in de zonde, want Hij richtte mij op door de kracht van zijn Geest; Hij is goed voor mij geweest in al mijn noden, beproevingen, strijd en droefheid. Er kan nooit een betere Meester gevonden worden, want zijn dienst is vrijheid, zijn regel is liefde; ik wenste dat ik, als dienaar, het duizendste van zijn goedheid betoonde. Wanneer Hij mij, als mijn Meester, onderwijst, is Hij onuitsprekelijk goed: zijn leer is goddelijk, zijn wijze van mededeling neerbuigend, zijn geest de zachtmoedigheid zelf. Geen dwalingen zijn met zijn onderwijs vermengd; de gulden waarheid, die Hij uitspreekt, is zuiver, en al zijn leringen leiden tot goedheid; Hij bouwt niet alleen zijn leerling op, maar heiligt hem ook. Engelen vinden in Hem een goede Meester, en brengen graag hun hulde voor zijn troon. De gelovigen van de ouden dag vonden in Hem een goede Meester, en elk van hun zong met vreugde: “Ik ben uw dienstknecht, o Heer!” Mijn eigen nederig getuigenis moet noodzakelijk van dezelfde inhoud zijn. Ik wil dat getuigenis afleggen voor mijn vrienden en geburen, want mogelijk zullen zij door mijn verklaring ertoe gebracht worden, mijn Heer Jezus als hun Meester te zoeken. O, dat zij dat doen mochten! Zij zouden nimmer over zulk een wijze daad berouw hebben. Indien zij slechts zijn zacht juk op zich wilden nemen, zouden zij zich in zulk een koninklijke dienst bevinden, dat zij zich voor altijd zouden laten inschrijven.