Maakt de HEERE met mij groot, en laat ons Zijn Naam samen verhogen. Psalm 34:4
Veel mensen geloven in het bestaan van een God, maar ze hebben een hekel aan dat geloof. Maar voor de christen is de gedachte dat er een God is de zonneschijn van zijn bestaan. Zijn verstand buigt zich voor de Allerhoogste, zoals de engel zich buigt omdat hij zijn Maker wil eren. Hij zegt: ‘O, mijn God, ik prijs U omdat U bestaat; want U bent mijn hoogste schat, mijn rijkdom en mijn grootste blijdschap. Ik heb U lief met heel mijn verstand. Al mijn gedachten en oordelen, mijn hele overtuiging en mijn reden leg ik aan Uw voeten en ik wijd ze aan U.’ Voor de troon van God verheerlijken engelen en heilige verlosten Zijn naam. In de hemel wordt altijd gezongen. En ook de wereld zingt Gods lof, soms met het geluid van de rollende donder, de kokende zee, een klaterende waterval of het loeiende vee, en soms met die stille, plechtige harmonie die de hele schepping voortbrengt als een stille lof aan God. In de hemel zingen ze: ‘De Heere is hoogverheven, laat Zijn naam voor eeuwig verheerlijkt worden.’ En de aarde zingt: ‘Groot zijn Uw werken, o, Heere, en aan U zij alle lof.’