‘Daarom zal Ik Hem een deel geven van velen, en Hij zal de buit met de machtigen delen, omdat Hij Zijn ziel uitgestort heeft in de dood, en met de overtreders is geteld geweest, en Hij veler zonden gedragen heeft, en voor de overtreders gebeden heeft’ Jesaja 53:12, (Eng. vert.)
Hoe zullen we begrijpen dat de eeuwige Godheid hier de gedaante van een mens aannam en dat Hij hier in de plaats van de zondaren leed, ‘de Rechtvaardige voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen’? Alle engelenogen kijken in deze richting. Deze verborgenheid is hun te groot. Ze kunnen de volledige betekenis ervan niet bevatten, maar ze zijn begerig om erin te zien. We weten er niet van dat ergens in heel de enorme schepping der wereld ooit iets vertoond is dat aan deze onovertroffen, nooit geëvenaarde daad van genade gelijkstaat; dat de Zoon van God, in machtige liefde, naar de aarde kwam en in contact kwam met de menselijke zonde, opdat Hij haar zou wegdragen. Niemand koestert de gedachte dat onze Heere vaak geleden heeft. Nee, Hij is één keer mens geworden en heeft maar één keer geleden. ‘Eenmaal in de voleinding der eeuwen is Hij geopenbaard, om de zonde te niet te doen, door Zijnszelfs offerande.’ En dat voor schuldige mensen! Dit overweldigt me. Ik zou het liefst in stilte neerzitten en ruimte geven aan aanbiddende verwondering.