De Verlossing is de grootste heerlijkheid van God. Hij wordt verheerlijkt in iedere dauwdruppel, die glinstert in de zonneschijn. Hij wordt verheerlijkt in iedere bloem van het bos, die in het kreupelhout bloeit, hoewel zij bestemd is in het verborgen te leven en haar geuren in de wildernis te verspreiden. God wordt verheerlijkt in elke vogel, die in de takken zingt, in elk lam, dat in de wei dartelt. Loven de vissen der zee Hem niet? Van het kleine stekelbaarsje tot de grote leviathan toe; looft en prijst niet alles wat in het water leeft de Heere? Prijst Hem niet al het geschapene? Is er iets onder de hemel, de mens uitgezonderd, dat God niet verheerlijkt? Verheerlijken de sterren Hem niet, als zij Zijn Naam in gouden letters schrijven op het blauw van de hemel? Roemen de bliksemschichten Hem niet, wanneer zij door de nachtelijke duisternis heen met stralen van licht Zijn heerlijkheid verkondigen? En de donder, die rolt als het geluid van veel trommels van de God der legerscharen? Loven Hem niet alle dingen van het kleinste tot het grootste? O zing voort, heelal, zing voort, tot gij uitgeput bent, toch kunt gij geen heerlijker lied denken, dan het lied van de menswording van God. De schepping mag een heerlijk middel van lof zijn, bij lange na kan zij de gouden lofzang van de menswording van God niet evenaren. Heere, in U is meer dan in de schepping, meer melodie in Jezus in de kribbe dan in de hele wereld, die zich met haar grootheid wentelt om de troon van de Allerhoogste. Sta stil, christen en aanschouw dit. Zie de heerlijkheid van dit alles. Wat een wijsheid! God wordt mens, opdat Hij rechtvaardig is en rechtvaardigt de goddelozen. Wat een macht! Waar is macht zo groot, dan wanneer hij zich zelf verbergt? Wat een macht, wanneer de Godheid Zichzelf vernedert en mens wordt! Zie, welk een liefde ons dus wordt geopenbaard, wanneer Jezus in het vlees verschijnt. Wat een trouw! Al Gods eigenschappen in Christus verheerlijkt, en hoewel Gods Naam ten dele in het hele heelal staat geschreven, hier is hij volledig te lezen – in Hem, de Zoon des mensen en tevens de Zoon van God.