De Amerikaanse presbyteriaanse evangelist A.T. Pierson, kreeg de verantwoordelijkheid om in de herfst en winter van 1891–1892 te prediken in de Metropolitan Tabernacle, terwijl C.H. Spurgeon herstelde van zijn ziekte. Tijdens deze maanden kreeg Pierson een unieke inkijk in het werk van de grootste evangelische gemeente ter wereld, met meer dan 5.300 leden. Terwijl hij predikte en de oudsten bijstond in het dagelijkse pastorale werk, vielen hem twee dingen bijzonder op in de bediening van de Tabernacle: gebed en eenvoud.
In januari 1892 deelde Pierson zijn waarnemingen in zijn tijdschrift The Missionary Review of the World:
Gebed
De Metropolitan Tabernacle is, zonder overdrijving, een huis van gebed. Rondom en onder de grote gehoorzaal bevinden zich talloze vertrekken waar, al bijna veertig jaar lang, deze ene dienaar van God het Woord des Levens heeft verkondigd; in die vertrekken stijgt vrijwel onafgebroken gebed op. Wanneer de ene bijeenkomst eindigt, begint al weer de volgende. Het is als een bijenkorf waarin nauwelijks plaats is voor werklozen. Er zijn bidstonden vóór én na de prediking; evangelisatieverenigingen, vrouwenverenigingen zoals de Zenana Society, en allerlei vormen van dienstbetoon vinden hier hun centrum – en alles wordt gedragen door gebed. Voordat ik het podium betreed om duizenden toe te spreken, komen de ambtsdragers van deze grote gemeente samen voor gebed ten aanzien van de dienst. Terwijl ik spreek, voel ik mij gedragen door deze krachtige armen van voorbede. Het is dan ook geen wonder dat het dienstwerk van Spurgeon zo rijk gezegend is geweest. Hij schreef dat zelf grotendeels toe aan de krachtige gebeden van zijn gemeenteleden. Zou de gehele Kerk van God niet iets kunnen leren van de Metropolitan Tabernacle in Londen over de kracht van eenvoudige evangelieprediking, ondersteund door gelovige smeking?
Eenvoud
Wanneer men spreekt over deze grote gemeente, mag men ook haar Goddelijke roeping niet vergeten als blijvend protest tegen de wereldse verfraaiing van het huis van God door middel van kunst en esthetiek. Niets hier leidt de aandacht af van de eenvoud van de aanbidding en het Evangelie. Er is geen poging gedaan tot indrukwekkende architectuur, luxe inrichting of opsmuk. Een voorzanger leidt het gemeentezang zonder muzikale begeleiding, zelfs zonder een cornet. Gebed, lofzang, het lezen van Gods Woord en de eenvoudige, duidelijke verkondiging van evangeliewaarheid – dat zijn de ‘genademiddelen’ en strijdwapens geweest van Spurgeon gedurende zijn hele bediening. Toch is deze gemeente, zelfs nu een vreemdeling zijn plaats tijdelijk inneemt, nog steeds de grootste samenkomst ter wereld.
Oproep
Deze les heeft, naar mijn overtuiging, betekenis voor al het werk voor Christus – zowel in eigen land als daarbuiten. Wij vertrouwen te veel op wereldse aantrekkingskracht om zielen tot het evangelie en de Heiland te trekken. Maar de Heilige Geest duldt onze afgoden niet. Als wij kiezen voor een artistieke, wereldse stijl van muziek in plaats van geheiligde lofzang; als we rituele pracht verkiezen boven eenvoudig en gelovig gebed; als we welsprekende lezingen stellen boven vurige, eenvoudige evangelieprediking – dan moeten we niet verbaasd zijn als er geen Goddelijk vuur brandt in onze heiligdommen. Als koning Achaz Gods eenvoudige altaar vervangt door een gesneden, heidens altaar uit Damascus, hoeven we niet verrast te zijn als God Zijn kracht terugtrekt. Misschien is dat wel de reden waarom Gods werk in het buitenland meer tekenen van Zijn tegenwoordigheid en kracht vertoont dan onze samenkomsten thuis: zendingswerk in het buitenland is (nog) niet gehinderd door die kunstmatige pogingen tot esthetische aantrekkelijkheid, waardoor veel van onze gemeenten zijn verworden tot concertzalen, lezingenzalen of dure sociëteiten. Moge God ons voor eens en voor altijd doen beseffen, dat niets in ons zendingswerk de kracht van de Heilige Geest kan vervangen – en dat diezelfde kracht het gemis aan alle andere zaken volledig compenseert. Als de engel het water beroert, is er genezing; maar als Gods engel niet neerdaalt, kunnen alle artsen van Jeruzalem en alle geneesmiddelen ter wereld geen helende kracht teweegbrengen.
Laten wij tot God bidden! Dat wij een nieuwe geest van gebed mogen ontvangen! Voor een Kerk die als één man neerknielt voor de troon, met machtige smeekbeden om een zegen die even wijd reikt als het menselijk geslacht, en even diep als de verdorvenheid, schuld en nood van de mens! Laat dit pas begonnen jaar – wat het ook moge brengen – een jaar van gebed zijn; dan zal het ook een jaar van lofprijzing zijn, een nieuw zendingsjaar, dat een nieuwe eeuw van zendingsoverwinningen en eer voor God zal inluiden.
Het plan was dat Spurgeon in februari 1892 naar Londen zou terugkeren, maar dit is nooit gebeurd. Hij overleed op 31 januari 1892 in Menton, Frankrijk.