Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Zij moeten als laatsten opbreken, bij hun vaandels. Numeri 2:31
Toen de Israëlieten weer verder trokken, maakte de stam van Dan de achterhoede uit. De Danieten namen de laatste plaats in, maar wat doet het er eigenlijk toe welke plaats wij innemen? Zij waren evengoed een deel van het volk als de voorste stammen; zij volgde dezelfde vuur- en wolkkolom, zij aten hetzelfde manna, dronken uit dezelfde geestelijke steenrots, en reisden naar dezelfde erfenis. Daarom wil ik mij ook verheugen, al ben ik de minste, want ook ik heb het voorrecht om mij te bevinden in het leger van Christus, en daarom mag ik evengoed verder trekken als degenen die een plaats voor in het leger innemen. Er moet er toch één zijn die de minste is in eer en achting; er moet er één zijn die onaanzienlijk werk doet voor Jezus, en waarom zou ik dat niet zijn? In een arm dorp, onder onwetende boeren, in een onbetekenende straat, onder diep gevallen zondaars, zal ik verder werken en ‘als laatste opbreken’. De Danieten hadden wel een heel nuttige plaats. De achtergeblevenen moesten onderweg gedragen worden, en de verloren zaken moesten opgeraapt worden van de weg. Mensen met vurige karakters snellen dan wel voort over ongebaande wegen om nieuwe waarheden te verkondigen, en zielen voor Jezus te winnen; maar anderen, die een meer bezadigde geest hebben, helpen de gebrekkige gelovigen die achterbleven. Elke plaats die wij gekregen hebben, heeft haar plichten en de langzaam vooruit gaande kinderen van God zullen ervaren, dat zij toch tot zegen voor de hele gemeenschap zijn. De achterhoede is een gevaarlijke plek. Er zijn net zo goed vijanden achter ons als voor ons. De aanvallen kunnen van alle kanten komen. Wij lezen dat Amalek Israël aanviel en een aantal van de achterste mensen versloeg. De trouwe Christen zal veel werk vinden als hij arme, twijfelende, wanhopige en wankelende zielen die achter blijven in hun geloof, kennis en blijdschap, wil helpen. Deze mensen mogen niet hulpeloos achtergelaten worden. Laat het daarom het werk van ervaren gelovigen zijn om als laatsten op te breken. Mijn ziel, wees er vandaag op bedacht om als het nodig is, de achtersten te ondersteunen.
