Er blijft dus nog een sabbatsrust over voor het volk van God,want wie Zijn rust binnengegaan is, die heeft zelf ook van zijn werken gerust, zoals God van de Zijne. Laten wij ons dan beijveren om die rust binnen te gaan. Hebreeën 4:9-11
De ware rust heeft eigenlijk weinig te maken met alles wat er om ons heen gebeurt. Die diepe rust waar we naar verlangen ontstaat wanneer onze geest in overeenstemming is met de Geest van Christus. Hij zegt immers: “leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel.” Dat is een rust die niet afhankelijk is van omstandigheden, maar geheel geestelijk is. Toch denken we vaak: als mijn situatie zou veranderen, dan zou ik eindelijk meer rust hebben. Maar dat blijkt een misvatting. Want als je geen rust kunt vinden in armoede, zul je die ook niet vinden in rijkdom. Als je geen rust vindt tijdens vervolging, dan zul je ook geen rust vinden als je geprezen wordt. Werkelijke rust komt niet van buitenaf; die wordt geboren uit de Geest die in ons woont. Die Geest is de bron van rust. Alles daarbuiten is eigenlijk van ondergeschikt belang. Als je geest steeds meer lijkt op de Geest van Christus, zul je rust vinden voor je ziel: een diepe en steeds groeiende rust, een rust die je telkens weer ontdekt, een blijvende rust – niet alleen iets wat je eenmaal vond, maar iets wat je steeds opnieuw blijft vinden.