En Hij raakte haar hand aan, en de koorts verliet haar; en zij stond op, en diende hen. Mattheüs 8:15
Toen Petrus’ schoonmoeder van de koorts genezen was, had ze de kracht om te dienen, zoals de bijzondere omstandigheden vereisten. Ze deed voor Jezus en Zijn drie metgezellen wat op dat moment nodig was. Jezus had de hele dag gepreekt, en dat maakt hongerig; Hij had de hele dag zieken genezen, en dat is uitputtend werk. Nu wilde Hij iets eten en daarom was Hij naar het huis van Petrus gekomen. De belangrijkste huishoudster lag echter ziek op bed en daarom vroeg Jezus niet om eten. Hij dacht altijd eerst aan anderen; en toen Hij Zelf moe en hongerig was, dacht Hij pas aan Zijn eigen behoeften nadat Hij de met koorts bevangen vrouw had beter gemaakt. Toen Hij haar genezen had, moest de vermoeide Prediker en Heelmeester gevoed worden en dat deed de dankbare vrouw door Hem te dienen. Dierbare vrienden, nu u bekeerd bent, mag u Christus dienen zoals ook Zijn gezegende dienaren en predikanten doen. U kunt iets doen wat voor Hem en Zijn dienaren een verfrissing zal zijn. Hij staat u dat toe en wil het genadig aanvaarden. U kunt Christus persoonlijk dienen. U kunt niet alles doen, maar u kunt wel iets doen wat door Hem aanvaard zal worden. Dat mag u doen, dat kunt u doen, en dat behoort u te doen. U hebt uw leven aan Hem te danken. Besteed uw leven dan in Zijn dienst.