En het woord Gods wies, en het getal der discipelen vermenigvuldigde te Jeruzalem zeer; en een grote schare der priesteren werd den gelove gehoorzaam. HANDELINGEN 6:7
Vermenigvuldiging is een zeer oude vorm van zegening. De zegening die over de mens werd uitgesproken was van deze aard, want we lezen voor het eerst in het eerste hoofdstuk van Genesis: “En God zegende hen, en God zei tot hen: Weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde”. In geestelijke zin is dit de zegen van de kerk van God. Wanneer de kerk wordt bezocht door de kracht van de Heilige Geest, wordt zij aan alle kanten uitgebreid. Wanneer een kerk te midden van een enorme bevolking in aantal stil blijft staan, of zelfs kleiner wordt, kan geen mens in zo’n toestand de sporen van Gods zegen zien. Wat een zegen zou het zijn, want de eerste zegening, de zegening van Pinksteren, heeft ertoe geleid dat er op één dag drieduizend mensen aan de kerk zijn toegevoegd, en daarna lezen we “En de Heere deed dagelijks tot de Gemeente, die zalig werden” (Handelingen 2:47 SV). Het is duidelijk dat een van de zegeningen die wij als kerk met heel ons hart moeten zoeken, die van de voortdurende toename is.