Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
En de Israëlieten hadden geen manna meer, maar zij aten in dat jaar van de opbrengst van het land Kanaän. Jozua 5:12
Israël was aan het einde van de moeilijke woestijnreis gekomen. Eindelijk konden zij de beloofde rust ingaan. Het volk hoefde zijn tenten niet meer op te rollen, en het zou ook niet meer opgeschrikt worden door vurige slangen of trotse Amalekieten. Het kwam in het land ‘vloeiende van melk en honing’, en at van het koren van het land. Misschien geldt dit het komende jaar ook voor jou! Misschien zul jij dit jaar de Jordaan van de dood oversteken en ingaan in de rust met Jezus. Wat een heerlijk vooruitzicht. Het ongeloof is bang voor de Jordaan van de dood, die tussen de woestijn en het beloofde land ligt. Maar het geloof verheugt zich erop om voor eeuwig met de Heere te zijn en daarom moeten we elke angstige gedachte uit ons hart wegdoen. Een deel van de strijdende kerk zal dit jaar nog op aarde blijven om de Heere te dienen. Maar als dit ons deel is, is de tekst hierboven nog steeds waar. ‘Wij die tot geloof gekomen zijn, gaan immers de rust binnen (Hebreeën 4).’ De Heilige Geest is de waarborg van onze erfenis. Hij laat ons hier al proeven van de eeuwige heerlijkheid. De gelovigen in de hemel zijn veilig, maar wij worden ook bewaard in Christus Jezus; zij hebben hun vijanden overwonnen, maar wij overwinnen ook. De zaligen leven in gemeenschap met hun Heere, maar wij ervaren deze gemeenschap ook! Zij rusten in Zijn liefde, maar ook wij hebben volkomen vrede in Hem. Zij zingen tot Zijn eer, maar wij maken Zijn Naam ook groot. Wij willen dit jaar op aarde hemelse vruchten inzamelen. Het geloof en de hoop zullen deze woestijn tot een lusthof maken. O, de Heere Jezus voede ons in Zijn genade met Zichzelf, dan zullen wij dit jaar ook van de opbrengst van het land Kanaän eten!