Nabij de zon

En als Jezus opgestaan was, des morgens vroeg, op de eerste dag der week, verscheen Hij eerst aan Maria Magdalena. Markus 16:9

Als we veel van Christus willen zien, moeten we Hem dienen. Zeg mij wie het meest onder de banier van Zijn liefde zitten en wie de diepste teugen uit de beker der gemeenschap drinken, en ik weet zeker dat zij het zullen zijn die het meeste geven, die het beste dienen en die het dichtste verkeren bij het bloedende hart van hun dierbare Heere. Maar let er eens op hoe Christus Zich openbaart aan deze diep bedroefde vrouw – door slechts één woord: ‘Maria.’ Hij hoefde slechts één woord te spreken en zij kende Hem onmiddellijk, en haar hart erkende dat zij Hem toebehoorde door slechts één woord van haar kant. Haar hart was te vol om meer te kunnen zeggen. Dat ene woord is zeer passend. Het drukt gehoorzaamheid uit. Ze zei: ‘Meester.’ Hij is in al mijn noden, beproevingen, worstelingen en smarten goed voor mij geweest. Nooit kan er een betere Meester zijn, want Zijn dienst is vrijheid en Zijn heerschappij liefde. Alle vroegere heiligen hebben van Hem getuigd dat Hij een goede Meester was en een ieder van hen zong dan ook in grote blijdschap: ‘Ik ben Uw dienstknecht, o, Heere!’ Ik zal dit getuigenis ook mijn vrienden en buren voorhouden, want mogelijk worden zij door mijn getuigenis ertoe gebracht de Heere te zoeken als hun Meester. O, dat dit zo mocht zijn. Ze zouden er nooit spijt van krijgen. Als zij slechts Zijn lichte juk op zich zouden willen nemen, zouden ze in zo’n koninklijke dienstbetrekking komen dat ze Hem voor eeuwig zullen willen dienen.