Gelijk de Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen. Mattheüs 20:28
De Zoon des mensen – zo spreekt onze Heere Jezus Christus over Zichzelf. In relatie tot ons gevallen menselijke geslacht klinkt dat nederig, maar in het licht van de profetie is het een en al waardigheid. De Zoon des mensen is niemand minder dan de ware Messias, de Zoon van God, oneindig, eeuwig, de Vader gelijk. En toch besluit Hij ertoe Zich heel vaak de Zoon des mensen te noemen. Misschien omdat het de mens was die de zonde beging, is het een mens die verzoening moet aanbrengen voor de zonde tegen de geschonden wet van God. Hij is de Mens, de tweede Adam, in Wie mensen worden levend gemaakt. Zo echter werd Hij gevonden in de gedaante van een mens; en nadat Hij het op Zich genomen had het Bondshoofd van het mensdom te zijn, werd Hij bekwaam gemaakt om de Plaatsvervanger van de mens te worden en verzoening aan te brengen voor de schuld van de mens. Blijf bij deze gezegende waarheid. Blijf erbij, u die nog niet behouden bent. Kijk er met reikhalzend verlangen naar vanwege de bemoediging die zij u geeft. U wordt aangespoord om te vertrouwen op deze Persoon: Hij is niet alleen God, maar Hij is ook Mens, en dat zou u tot Hem moeten trekken, want Hij is aan u gelijk in Zijn aard en medegevoel. Met uitzondering van de zonde, verschilt Hij in geen enkel opzicht van u. O, zou u dan niet tot Hem naderen zónder vervuld te zijn van een ontzettende vrees, maar wél van een bezielend vertrouwen, omdat Hij Zichzelf de Zoon des mensen noemt, en de kinderen der mensen nodigt om te komen en te vertrouwen onder de schaduw Zijner vleugelen?
Dag gemist? Bekijk hier het hele Dagboek.