Dan zullen wij kennen, wij zullen vervolgen om de Heere te kennen. Hosea 6:3
Een godsdienst die slechts bestaat uit de kennis van uitwendige riten en ceremoniën, de kennis van rechtzinnige ideeën, de kennis van dogmatische onderscheidingen, de kennis van godsdienstig spraakgebruik, van godsdienstige ervaringen of geliefde liederen – die godsdienst is nutteloos. Er moet Godskennis zijn. Wie God niet kent, vindt de mens een edel wezen; wie God heeft gezien, houdt de mens voor stof en as. Wie Gods heiligheid niet kent, vindt zichzelf een goed schepsel, maar als hij de driemaal heilige God ziet, zegt hij: ‘Ik verfoei me.’ Wie God niet kent, denkt dat de mens iets geweldigs is, iemand die kan bereiken wat hij wil, maar voor Gods oog verbrandt de kracht van de mens, en wordt hij lichter dan de ijdelheid. Kent u God? Kent u God in de majesteit van Zijn gerechtigheid om uw zonde te veroordelen, en u om uw zonde? Kent u God in de heerlijkheid van Zijn liefde, in het schenken van Jezus Christus om voor zondaars te sterven, een liefde vermengd met gerechtigheid? Jezus werd in liefde gegeven, en de gerechtigheid heeft Hem gedood. Kent u God in Zijn volle kracht om te behouden, het hart te vernieuwen, de geest te veranderen en de wil te onderwerpen? Kent u Hem juist ook hierin? Het is, als we de dingen vergelijken, maar een zwakke tak van de kennis. Als dat zo bij u is, bent u begonnen Hem te kennen, en ook uzelf, want wie zichzelf niet kent, weet niets van God. God te kennen is de grondslag van alle zaligmakende bevinding. ‘De vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid.’ ‘Gewen u toch aan Hem, en heb vrede.’ God te kennen is de enige grote plicht in het leven van de mens.
Dag gemist? Bekijk hier het hele Dagboek.