Op 19 Mei 1995 werd Iain Murray gevraagd om te spreken op de jaarlijkse Grace Baptist Assembly over het onderwerp ‘ C.H.Spurgeon en zijn strijd tegen het hypercalvinisme ‘. Iain Murray zei ooit eens, wanneer het Calvinisme herleeft, duikt ook het hypercalvinisme op. Omgekeerd, wanneer het Calvinisme verdwijnt, verliest ook het hypercalvinisme zijn kracht.
Een van Charles Haddon Spurgeon’s eerste strijdpunten was die met het hypercalvinisme. De populaire biografieën, zoals die van Fullerton en Drummond, behandelen dit onderwerp niet en beoordelen het geschil als ‘een verschil in minder belangrijke theologische punten’. In de autobiografie zien we dat Spurgeon het zelf wel belangrijk vond. De aanval begon in januari 1855 toen de twintigjarige Spurgeon voor negen maanden predikant was in de New Park Street gemeente, een van de 1.400 baptistenkerken in Engeland. Spurgeon’s tegenstander was de eenenvijftigjarige James Wells, die door Spurgeon ‘King James’ genoemd werd, en door de pers ‘Wheelbarrow Wells’ (naar alle waarschijnlijkheid is hij in de Londense straten met een kruiwagen begonnen als verkoper van levensmiddelen ). Hij werd ook de ‘Borough Gunner’ genoemd vanwege het zware artillerie geschut dat later uit zijn kapel en vanaf zijn preekstoel in Surrey Tabernacle, Borough High Street zou komen.
Spurgeon’s verdediger
Charles Waters Banks was een heel andere persoonlijkheid die ook in deze controverse werd getrokken. Hij was een zacht en verdraagzaam individu, evenals buitengewoon ijverig. In 1854 werd Banks met cholera geïnfecteerd. Toen hij hersteld was van zijn ziekte, ging hij naar zijn vriend Spurgeon en de twee mannen hebben samen gebeden. Het was een onvergetelijke ervaring, ‘Wat een Patmos,’ merkte Spurgeon op. Banks had het druk door veel te reizen om te prediken. Hij was drieënveertig jaar de redacteur van de Earthen Vessel, daarnaast was hij voor zesendertig jaar editor van Cheering Words en ook bij The Christian Cabinet. Hij stierf in 1886, zolang het nog mogelijk was zat hij in zijn bed, pen en papieren bij de hand.
In de Earthen Vessel van december 1854 schreef Banks over zijn bezoeken die hij aan New Park Street had gemaakt en van het voordeel dat hij had gehad om de jonge Spurgeon te mogen horen. De volgende maand verscheen een anoniem artikel van ene ‘JOB’, maar klaarblijkelijk was het van James Wells, waarin hij beweerde dat de bediening van Spurgeon gevaarlijk was: ‘Wees voorzichtig met deze valse en arrogante nederigheid, bekleed met een zacht en fijn ingestudeerde vriendelijke en fascinerende Lach … Ik heb ook veel twijfels bij de goddelijke waarheid van zijn bekering … Wat de heer Spurgeon’s bediening betreft, geloof ik dat het vreselijk misleidend is … ‘
Waarom de botsing?
Wat was de oorzaak van deze botsing? Het was in ieder geval niet persoonlijk, of iets als de oude prediker tegen de jonge, met de redacteur die in het midden gevangen zat. Het was ook niet de jaloersheid van de oudere prediker op die van de populariteit van de jongere die deze felle tegenstelling van meningen veroorzaakte, hoewel dit door de populaire kranten wel beweerd werd. Spurgeon waardeerde Wells. De echte verklaring, die Iain Murray toonde, was dat Wells van harte geloofde dat de Calvinistische traditie die hij vertegenwoordigde de zuiverste vorm van het christendom was, en iedereen die er aan twijfelde deed aan ketterij. Wanneer mensen daadwerkelijk werden opgeroepen om in Christus te geloven, was dat voor Wells gelijk aan ‘Fullerisme‘ en Wells zag het als zijn roeping om dat ‘plichten-geloof’ neer te slaan.
Als de Earthen Vessel Spurgeon’s standpunten zou ondersteunen, zou het een ‘rampzalige verandering van richting’ zijn, zei Wells. Banks reageerde dat hij niet bang was voor Wells gesluierde bedreigingen. Hij voelde dat God Spurgeon op de muren van Jeruzalem had gezet om hem te gebruiken.’ En in zijn latere bezoeken aan de New Park Street Chapel zei Banks over Spurgeon: ‘Er zijn tegenstrijdigheden, maar God heeft hem opgewekt als een waarachtig Evangelist om zielen voor Jezus Christus te winnen. ‘Deze woorden van een prediker die zelf niet geloofde in een plicht dat alle mensen in Christus behoren te geloven, waren uiterst belangrijk. Elk instinct in Banks overtuigde hem dat God Spurgeon had gestuurd. Een andere gebeurtenis in dit twistpunt, zoals Iain Murray aangaf, was toen een jonge man, genaamd T.W. Medhurst, een lid van de gemeente van James Wells, in het jaar van 1854 in de Maze Pond Chapel een schuldgevoel kreeg toen hij Spurgeon hoorde spreken, omdat hij had geleerd hem als ‘een Arminiaan‘ te beschouwen.’ Na een periode van zielennood werd hij bekeerd door een preek die op een donderdagavond werd gehouden in New Park Street en hij begon kort daarna te preken in de straten. Hij werd de eerste student in Spurgeon’s college. Medhurst, in een poging om de tegenstelling van meningen te verzoenen, schreef op een van de pagina’s van de Earthen Vessel: ‘Duty faith? Wat is dat? Onderzoek het zelf – “Geloof en wees gered. Geloof niet en wees verdoemd. ‘Het is zoals het staat in Markus 16:16.’
De fouten van het hypercalvinisme
Charles Haddon Spurgeon wijst op vier fundamentele fouten in het hypercalvinisme.
1. De hypercalvinist ontkent dat de evangelie-uitnodiging zonder uitzondering aan alle mensen aangeboden moet worden. Hij beperkt het doel van de evangelie prediking om alleen de uitverkorenen binnen te brengen, en alleen de uitverkorenen worden aangespoord met de bevelen, uitnodigingen en aanbiedingen uit het Woord. Er is geen pleidooi van aansporing en een ernstig smeken voor een hele gemeente van zondaren. Deze houding werd door Spurgeon volledig afgewezen, die zelf bij veel gelegenheden elke hoorder aanspoorde: ” Dit is geschreven zodat je zou kunnen geloven dat Jezus de Christus, de Zoon van God is, en opdat je gelovig zou leven door Zijn Naam. ‘Kijk naar Hem, blinde ogen; Kijk naar Hem, dode zielen; Kijk naar Hem. Zeg niet dat je het niet kan; Hij in Wiens kracht ik spreek, zal een wonder laten gebeuren terwijl je het bevel hoort, en blinde ogen zullen zien, en de dode harten zullen overspringen in het eeuwige leven door het krachtige werk van Zijn Geest ‘(MTP, 40, 1894, p.502).
2. De hypercalvinist verklaart dat het bevel dat een zondaar naar Jezus Christus moet komen, in zijn ervaring van overtuiging en zekerheid wordt gevonden. Dit bevelschrift, zegt de hypercalvinist, kan niet worden verkregen tot we innerlijk en geestelijk bekwaam gemaakt zijn. Maar Spurgeon predikte dat de hele mensheid een bevel heeft om te geloven, waardoor zij allemaal het recht hebben hun vertrouwen op de Heere Jezus te stellen. Dit bevelschrift is de universele opdracht in het Woord van God dat alle mensen zich van hun zonden zouden moeten bekeren en de Heere Jezus Christus moeten geloven. ‘Wacht niet op je gevoelens om je te overtuigen dat je Christus mag vertrouwen,’ sprak Spurgeon, ‘je hebt het recht om precies zoals je vandaag bent te komen omdat God je oprecht smeekt om naar Zijn Zoon te gaan voor vergeving.’ In zijn preek uit 1863 over het ‘bevelschrift van het geloof’ zei Spurgeon tot de mensen dat als het bevel niet in het Woord van God was, maar in de eigen overtuiging van de zondaar, het gevolg daarvan moet zijn dat mensen zouden worden aangedreven om binnen zichzelf te kijken en te vragen: ‘Heb ik wel genoeg zondekennis? ‘In plaats van naar een uitnodigende Verlosser te kijken (MTP, Vol.9, p.529ff). En dat is nu precies wat er vandaag de dag gebeurt. Spurgeon heeft erop gewezen dat degenen wiens harten het meest gebroken zijn, ook het meeste de verstokte hardheid van hun hart voelen.
3. De hypercalvinist verklaart dat menselijk onvermogen betekent dat de mens niet kan worden aangespoord om op dat moment naar Christus te komen. En een algemene opdracht van geloof moet iets van een eigen vermogen hebben, zeggen zij. Spurgeon antwoordde dat hij de verdorvenheid en hulpeloosheid van de mens niet wil afzwakken. Het evangelie is een genade en berust derhalve op complete onmacht van menselijke hulpbronnen en kracht. Het is alleen op voorwaarde van totale verdorvenheid en uitgesloten van menselijke inbreng dat de volledige glorie en kracht van het evangelie verklaard kan worden. Spurgeon verheerlijkt de kracht van God om te verlossen en te redden. Er worden twee lijnen gevonden in de Schrift, een die de hulpeloosheid van de mens verklaart door dood te zijn in de zonde en dat hij toch verantwoordelijk is om naar God te keren, en de ander dat de Heere soeverein is om te redden. Zoals John Duncan zei, het idee dat God de helft doet en dat de mens de helft doet is volkomen onjuist. God doet alles en de mens doet ook alles, dat is het onderwijs van de Bijbel.
4. De hypercalvinist ontkent de universele liefde van God. Hij heeft een angstige karikatuur gekregen van de echte natuur van God, zij stellen Hem voor als vurig en niet gemakkelijk tot liefde te bewegen. Als we meer met Christus waren, zei Iain Murray, dan zouden wij Hem meer kennen en liefhebben. Dan zou er geen onzekerheid zijn dat God de verlossing van zondaren wenste. ‘ hoe menigmaal hebIk uw kinderen willen bijeenvergaderen‘, zei de Verlosser tegen Jeruzalem.
conclusies
De conclusies van Iain Murray waren viervoudig.
1. De ware bijbelse theologie sluit niemand uit. Het onderwijs van de Bijbel over de Goddelijke leiding van genade is niet bedoeld om christenen van christenen te scheiden maar om christenen van de wereld te scheiden. Spurgeon zei dat hij van velen die zaligmakend geroepen waren wist, dat zij niet geloofden in de goddelijke roeping, en dat velen toch tot het einde volharde die niet geloofde in de volharding van de heiligen. Zij hielden aan dergelijke fouten vast, en toch ontmoeten wij hen en iedere gelovige aan het kruis. Spurgeon haatte gescheidenheid.
2. Er is een gevaar dat bijbelse waarheden niet in de juiste volgorde worden gepresenteerd. In de laatste editie van Calvijns Instituten volgt het onderwijs van de goddelijke verkiezing op de leer over de rechtvaardiging. Bij evangelisatie wordt de verkiezing niet als hoofdzaak gezien, maar daar staat vrije genade door Christus centraal.
3. Wanneer Calvinisme ophoudt evangelisch te zijn, is het slechts een verstandelijk, koel en onaantrekkelijk religieus systeem geworden. Er vond juist een grote verandering plaats, toen Carey naar India ging en Fuller de zendings interesse in Engeland leidde, zodat de Baptistengemeente uitbreidde.
4. De conclusie van Iain Murray was om ons op het gebeuren te wijzen dat toen Spurgeon twintig jaar oud was hij geen hypercalvinist werd. Als hij die weg was ingeslagen, zou dit gesprek met de Grace Assembly niet plaatsvinden, en zijn preken zouden niet over de hele wereld worden gelezen, zoals ze vandaag de dag wel gedaan worden, ja, zelfs vandaag nog.