Spurgeon wist misschien wel als geen ander hoe druk een pastoraal ambt kan zijn. Naast vier keer per week preken, gaf hij leiding aan ouderlingen en diakenen die zorg droegen voor een kerk van vijfduizend mensen. Samen bezochten ze leden, ondervroegen nieuwkomers, leidden gebedsbijeenkomsten, gingen voor in gemeentevergaderingen, bezochten de gemeenteleden die niet meer kwamen en nog veel meer. Daarnaast publiceerde Spurgeon wekelijks een preek, schreef hij talloze boeken, gaf hij een maandelijks tijdschrift uit, was hij voorzitter van The Pastors’ College, hield hij toezicht op twee weeshuizen, onderhield hij wekelijkse correspondentie met honderden mensen, stichtte hij kerken, ondersteunde hij kerkelijke activiteiten en ga zo maar door. De omvang van Spurgeons bediening in de 19e eeuw blijft ongeëvenaard. Maar de essentie van zijn werk verschilt niet veel met dat van een voorganger in deze tijd: zorgdragen voor leden, gebedsbijeenkomsten leiden, leidinggevende in de gemeente aansturen, toezicht houden op liefdadigheid en evangelisatie, betrokken zijn bij kerkelijke verbondenheid en net als bij Spurgeon gaat de lijst maar door. Tot op zekere hoogte zijn dit de taken waarmee de agenda van elke voorganger gevuld is.
Desondanks zei Spurgeon dat de prediking van het Woord het belangrijkste was waar hij zich week in week uit mee bezig hield. Spurgeon zei eens tegen zijn studenten:
Broeders, als voorgangers moeten wij ons werk op de kansel altijd serieus nemen. Dit is het werk waar we ons het meest voor moeten inspannen en waar we de hoogste graad van uitmuntendheid moeten bereiken. Ik heb vaak tegen mijn broeders gezegd dat de preekstoel het Thermopylae van het christendom is. Daar zal de strijd worden beslist. Voor ons predikers moet het onze voornaamste zorg zijn om onze kracht op de preekstoel te behouden. We moeten die geestelijke wachttoren met ons gehele hart bezetten. Onze gedachten moeten helder en krachtig blijven. Het zal ons geen goed doen om ijverige predikers te zijn als we geen oprechte predikers zijn.
Net zoals de toekomst van Griekenland afhing van de stellingname van koning Leonidas tegen de Perzen, zo hangt de toekomst van de kerk af van de trouwe en ernstige prediking van het Woord van God.
Met andere woorden, Spurgeon geloofde dat alle andere bedieningen in de kerk, hoe belangrijk ze ook waren, ondergeschikt waren aan de preekstoel. In plaats van dat alle bedieningen in de kerk onafhankelijk van elkaar bestaan en de samenkomst een bijkomend onderdeel is, zag Spurgeon de samenkomst als de centrale bediening van de kerk. En in die samenkomst is het het gepredikte (gelezen, gezongen en gebeden) Woord van God dat leven geeft aan Gods volk en kracht verleent aan alle andere kerkelijke activiteiten. Deze visie over de kracht van Gods Woord om Gods volk weer van nieuwe kracht te voorzien, was de drijfveer achter Spurgeons toewijding aan de prediking. Te midden van de drukte van het pastoraat was dit het enige dat niet mocht falen. Ongeacht de druk en de verantwoordelijkheden kon hij zich, in het belang van zijn gemeente niet onbetuigd laten. Hij moest zich volledig wijden aan het verkondigen van uitmuntende preken.
Welk advies zou Spurgeon vandaag de dag geven aan drukbezette voorgangers met betrekking tot hun prediking? Hoe kunnen we trouw zijn in deze voornaamste taak zonder andere pastorale taken te verwaarlozen? Hier zijn drie gedachten.
Blijf dicht bij de Heere
Dit is waarschijnlijk het belangrijkste advies dat Spurgeon zou geven:
Er zijn teveel voorgangers die niet realiseren dat ze God ook buiten de kansel behoren te dienen, hun leven is simpelweg niet in overeenstemming met wat ze verkondigen. Geliefde broeders, verafschuw het idee dat we dienstknechten van een uurwerk zijn en niet leven door de inwendige genade, maar slechts voor een tijdje als een uurwerk worden opgewonden. Hoe erg is het als we alleen maar een prediker zijn voor een bepaalde tijd, bijvoorbeeld in het uur van de prediking, dat zodra we de trappen van de preekstoel afdalen we plotseling geen prediker meer zijn. De ware prediker is altijd een prediker.
Met andere woorden, maak geen scheiding tussen uw persoonlijke geestelijke leven en uw ambt. U moet begrijpen dat de Heilige Geest uw leven moet leiden, niet alleen wanneer u ”aan het werk’ bent, maar ook in uw persoonlijke leven. Dit betekent dat u zich dagelijks moet bezighouden met het lezen van de Bijbel en het gebed, zelfs als er geen directe ambtelijke verantwoordelijkheid aan verbonden is. Spurgeon gaf zijn leerlingen de volgende raad:
We zijn in zekere zin onze eigen instrumenten en daarom moeten we onszelf op orde houden. Boeken, instanties en systemen zijn slechts in de verte de instrumenten van mijn heilige roeping; mijn eigen geest, ziel en lichaam zijn mijn meest directe instrumenten van heilige bediening …. het is mijn strijdbijl, het zijn mijn wapens voor de strijd.
Een van de manieren waarop Spurgeon zichzelf scherp hield voor de bediening was door zijn gezin te leiden in huiselijke godsdienstoefeningen. Twee keer per dag, ‘s ochtends en ‘s avonds, ging hij met zijn gezin in gebed, zong hij en las hij voor uit de Bijbel, waarbij hij kort onderwees over de tekst. Spurgeon schreef dat zelfs tijdens vakanties de huiselijke godsdienstoefeningen hem verbonden hielden met het Woord en hem scherp hielden voor de bediening. Dit alles zorgde voor een consistente levensstijl die zijn predikambt ten goede kwam.
Maak tijd vrij om je voor te bereiden
Spurgeon bracht graag tijd door met gasten en stelde op zaterdagen regelmatig zijn huis voor hen open. Ze bleven tot het avondeten en de huiselijke godsdienstoefeningen, maar om 18.00 uur zei Spurgeon vaak op speelse wijze: “Nu, beste vrienden, moet ik jullie ‘vaarwel’ zeggen en jullie uit deze studeerkamer wegsturen; jullie weten voor hoeveel kippen ik moet zorgen en ik wil ze morgen een goede maaltijd geven.” Over het algemeen werden de preken van Spurgeon op een spontane manier uitgesproken. Maar in hun bijbelse exegese, theologische overwegingen, godsdienstige reflectie, praktische toepassing en homiletische opstelling zaten uren van intense meditatie en voorbereiding. Spurgeon waarschuwde zijn studenten: “Ik geloof niet in een bediening die geen arbeidsintensieve voorbereiding vereist”.
Om het zekere voor het onzekere te nemen, moet elke voorganger zijn eigen schema maken voor de preekvoorbereiding. Om een preek formeel voor te bereiden, moet een voorganger niet wachten tot zaterdagavond! Jongere voorgangers hebben misschien twee of drie dagen nodig. Meer ervaren predikers doen het misschien net zo goed in 10 uur verspreid over meerdere dagen. Spurgeon raadde geen specifieke methode aan. Maar het systeem dat voor hem werkte bevatte alle gebruikelijke elementen die een prediker nodig heeft om zich voor te bereiden, namelijk: gebed, persoonlijke bijbelstudie, het raadplegen van externe bronnen en het maken van een schets.
Natuurlijk zult u tijdens het pastoraat vaak worden gestoord. Spurgeon beschrijft hoe “net als een preek vorm begint te krijgen” er allerlei mensen langskomen die erop staan om de dominee te spreken. Tegenwoordig neemt dit vaak de vorm aan van een dringend sms’je of verschillende telefoontjes. Maar oudsten kunnen een belangrijke rol spelen in het bewaken van de tijd van de predikant door deze pastorale taken op zich te nemen. Het is echter onmogelijk om het iedereen naar de zin te maken. Spurgeon wist waar de prioriteit lag:
Als we niet overal bij aanwezig kunnen zijn, zullen de mensen klagen. Het enige wat we kunnen zeggen is: laat ze klagen, want we kunnen de zaak van onze Meester niet verwaarlozen om de lakei te spelen van iedereen die bewogen wordt door de machten van de duisternis om ons weg te roepen van het Woord van God en het gebed.
Wees altijd voorbereid
Hoewel Spurgeon een vaste tijd in de week had om zijn preek voor te bereiden, was hij ook op een andere manier altijd bezig met zijn preekvoorbereiding. Wanneer Spurgeon mensen ontmoette, wanneer hij voorging in huiselijke godsdienstoefeningen, wanneer hij boeken en kranten las of zijn studenten onderwees, dacht hij voortdurend na over zijn preek en zocht hij naar stof die hij kon gebruiken. Hij zei eens tegen zijn studenten:
We moeten ons voortdurend oefenen in het schrijven en voorbereiden van preken. We moeten deze heilige activiteit van onze geest steeds in stand houden. Wee de prediker die een uur durft te verspillen…. Als predikers hebben we geen vrije tijd; we zijn nooit vrij van dienst, maar staan dag en nacht op onze wachttorens…. Het gebladerte van je bediening zal snel verdorren als je niet, net als de gezegende man in de eerste Psalm, dag en nacht de wet des Heere overdenkt.
De druk van de wekelijkse preek moet er ook voor zorgen dat de prediker voortdurend voor zichzelf en zijn gemeente bidt. “Als er iemand onder de hemel is die verplicht is om het voorschrift – ‘Bid zonder ophouden’ – in praktijk te brengen, dan is het zeker de christelijke voorganger.” Bidden begint niet op zaterdagavond of een paar minuten voor onze preek. Het is de afhankelijke levensstijl die de prediker kenmerkt.
Spurgeon weigerde zijn bediening te beperken tot zijn studeerkamer; hij wijdde zijn gehele leven aan het predikambt. Maar zijn pastorale werk stond niet los van zijn prediking. Integendeel, omdat hij de leden van zijn gemeente goed kende, was hij op de hoogte van hun strijd, vragen, twijfels en lijden. Dit maakte hem beter toegerust om Gods Woord te prediken en op hen toe te passen. Hij gaf zijn studenten het volgende advies:
Zorg ervoor dat je de mensen kent wier zielen aan jouw zorg zijn toevertrouwd. Ga in de beek staan om te vissen. Veel predikers zijn volledig onwetend over de leefomstandigheden van de meeste mensen. Ze voelen zich thuis tussen de boeken, maar onder de mensen weten ze niet hoe ze te werk moeten gaan. Wat zou je denken van een botanicus die zelden een echte bloem heeft gezien, of een astronoom die nog nooit een nacht onder de sterrenhemel heeft doorgebracht?
Conclusie:
Susannah Spurgeon zei eens over de agenda van haar man: “Ongetwijfeld is er nooit een leven geweest dat drukker was dan het zijne; er had geen atoom van een heiliger dienst aan toegevoegd kunnen worden”. En toch kwam uit dit drukke leven de grootste prediking van onze tijd voort. Spurgeons drukke pastorale, evangelische en liefdadige bezigheden stonden niet los van zijn prediking. In veel opzichten droegen ze juist bij aan zijn succes als prediker, doordat hij al zijn ervaringen gebruikte om zichzelf en zijn preekvoorbereiding vorm te geven. Dit alles was alleen maar mogelijk omdat Spurgeon zijn gemeenschap met de Heere in stand hield, zijn tijd bewaakte en het preken tot een onderdeel van zijn levenswijze maakte.
Ook in deze tijd, waarin voorgangers overvolle agenda’s hebben, is het noodzakelijk dat de prediking van het Woord prioriteit heeft en dat we ons richten op het preken van uitmuntende, eerlijke en oprechte preken. Alleen zo kunnen we hopen op Gods zegen over onze bedieningen.
Dit artikel is voor het eerst gepubliceerd op de website van The Focused Pastor.
Geoff Chang