…en legde Hem neder in de kribbe … Lukas 2:7
Christus kwam, volgens de profetie, om veracht te worden en verworpen door de mensen, als een Man van smarten, en verzocht in krankheden. Hij moest zonder gedaante of heerlijkheid zijn, een wortel uit een dorre aarde. Zou het voor de Man Die naakt aan het kruis moest sterven gepast zijn geweest als Hij bij Zijn geboorte in purper werd gekleed? Zou het niet ongepast zijn dat de Verlosser Die begraven zou worden in een geleend graf, ergens anders geboren zou worden dan in de armoedigste stal, en anders dan op een heel onwaardige manier onderdak zou krijgen? De kribbe en het kruis, die aan de twee uitersten van het aardse leven van de Heiland staan, schijnen het meest gepast, en met elkaar in overeenstemming te zijn. Zijn leven lang moet Hij de kleding van een buitenman dragen, Hij moet met vissers omgaan, en eenvoudige mensen zullen Zijn discipelen zijn. De koude bergen zullen vaak Zijn enige slaapplaats vormen. Hij zal moeten zeggen: ‘De vossen hebben holen, en de vogelen des hemels nesten; maar de Zoon des mensen heeft niet waar Hij het hoofd neerlegge.’ In de tijd van Zijn vernedering, toen Hij al Zijn heerlijkheid aflegde, de gestalte van een dienstkecht aannam en Zich niet te verheven voelde de laagste plaats in te nemen, kon niets méér gepast zijn dan dat men Hem in een kribbe legde.