De grote Koning, onsterfelijk, onzichtbaar, het Goddelijke Wezen, Hij is het die je ziel verkwikt, anders zou je voor altijd dood blijven liggen in de zonden; Hij is het die je zachtmoedig maakt, anders zou je nooit gevoed kunnen worden; hij is het die het gepredikte Woord haar doel laat bereiken, anders zou het nooit verder kunnen komen dan het oor; Hij is het die het hart breekt, maar Hij is het ook die het weer heel maakt. Hier op deze aarde woont een mysterieus Wezen, van Wie het ambt bestaat uit het vernieuwen van de gevallenen en de afgedwaalde weer terugbrengt. We kunnen Hem niet zien, of horen, maar toch woont Hij in sommigen van ons als Heer van onze natuur. Zijn gekozen woonplaats is een gebroken hart en een berouwvolle geest.