Daarna hoorde ik de stem van de Heere. Hij zei: Wie zal Ik zenden? Wie zal er voor Ons gaan? Toen zei ik: Zie, hier ben ik, zend mij. (Jesaja 6:8) Lees verder Romeinen 15:14—21.
Vraag willekeurig aan een Christen of hij tegen zijn wil Christen is. Hij zal je vertellen dat hij dat zeker niet is. Hij heeft de Heere lief en zijn hart verheugd zich in Zijn wet. Uw volk wordt niet onwillig en in de boeien naar U geleidt, o Jezus, “Uw volk is zeer gewillig op de dag van Uw kracht” (Psalm 110:3). We kiezen vrijwillig voor Jezus omdat Hij ons voordat de wereld begon gekozen heeft. Iedereen die voor Jezus gaat werken, doet dat omdat ze door Jezus uitgekozen zijn om dat heilige werk te doen. Maar hij zou een hele slechte werknemer zijn als hij er ook niet zelf voor gekozen had om voor Jezus te werken. Ik kan zeggen dat ik geloof dat God mij voor de prediking van het Evangelie heeft voorbestemd. Ik kan zeggen dat ik het preek omdat Hij dat wil, maar ik ben er ook zeker van dat ik het zelf ook graag wil preken. Het is voor mij het mooiste werk in de hele wereld. Als ik kon ruilen met een keizer zou ik er nooit mee instemmen om zo verlaagd te worden. Het Evangelie van Christus te prediken is een van de zoetste en edelste bezigheden, zelfs de engelen zouden dat willen doen. Iemand die echt voor God werkt moet gedwongen worden door goddelijke verkiezing. Maar toch moet en wil hij door goddelijke genade dat werk zelf uitkiezen. En deze mensen zoeken wij. Zijn er hier geen mensen die het voelen, “God heeft mij uitgekozen om iets voor Hem te doen. Wat een lijden voor mij als ik het Evangelie niet zou prediken!” Maar wie kan er aan de andere kant getuigen, “Om Christus’ wil, mijn God, kies ik waarvoor ik geroepen ben, of het nu lesgeven is op de zondagsschool, het uitdelen van traktaten, het spreken met een paar mensen, of wat het ook mag zijn, o mijn God, help mij om die roeping hartelijk te volgen want het is mijn vreugde om Uw wil te doen!” Dat de mensen daarvoor uitgekozen zijn, dat is de goddelijke kant. Maar er is ook een menselijke kant, mensen worden geleidt te kiezen waarvoor ze geroepen zijn.
Ter overdenking
We zijn geneigd te denken dat onze wil regelrecht tegenover Gods wil staat, en we alleen met tegenzin iets voor Hem kunnen doen. Maar God kan ons denken veranderen zodat Zijn wil goed, welbehaaglijk, volmaakt (Romeinen 12:2), onze vreugde (Psalm 40:9) en onze blijdschap wordt (Romeinen 15:32).
Preek 687, 22 april 1866