Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Blijven in het geloof. Handelingen14:22
Volharding is het teken, waaraan wij de ware gelovige kunnen herkennen. Het christelijk leven is niet slechts het wandelen in de wegen Gods te beginnen, maar daarmee levenslang voort te gaan. Het is met de Christen als met de grote Napoleon; hij zei: “Verovering heeft mij gemaakt tot hetgeen ik ben, en verovering moet mij staande houden.” Evenzo, waarde broeder in de Heere, heeft, naast God, verovering u gemaakt tot hetgeen gij zijt, en verovering moet u staande houden. Uw leus moet zijn: “Voorwaarts.” Hij slechts is waarlijk een veroveraar en zal ten laatste gekroond worden, die strijdt zolang de krijgstrompet gehoord wordt. Onze volharding is daarom het mikpunt van al onze geestelijke vijanden. De wereld heeft er niets tegen, dat gij voor een tijd Christen zijt, indien zij u slechts kan bewegen uw pelgrimsreis te staken, en met haar op de ijdelheidskermis te verkopen. Het vlees zal zoeken u te verlokken, en u te verhinderen naar de heerlijkheid voort te varen. “Het is vermoeiend een pelgrim te zijn; kom, geef het op. Moet ik altijd mijzelf kwellen? Kan ik nooit eens toegevend voor mijzelf zijn? Gun mij tenminste een korte rust van deze onophoudelijke strijd.” Satan zal menige geweldige aanval doen op uw volharding; zij zal het doel van al zijn pijlen zijn. Hij zal trachten u in het werken te verhinderen, door u te overreden dat gij geen goed doet, en dat gij rust nodig hebt. Hij zal pogen u ongeduldig te maken in het lijden; hij zal u influisteren: “Vloek God en sterf.” Of hij zal uw standvastigheid aanranden, zeggende: “Waartoe dient het zo ijverig te zijn? Wees bedaard, zoals de anderen; slaap, als de rest, en laat uw lamp uitgaan, zoals de overige maagden.” Of hij zal uw leerstellingen aanvallen: “Waarom houdt gij aan die geloofsbelijdenissen vast? Verstandige mensen worden meer vrijgevig; zij verzetten de oude grenspalen; ga met uw tijd mee.” Daarom, Christen! houd uw schild dicht boven uw wapenrusting, en bid vurig tot God, dat gij door zijn Geest tot het einde toe mag volharden.