Aan de voeten van de Meester

Zullen twee te zamen wandelen, tenzij dat zij bijeengekomen zijn? Amos 3:3

De duivel vreest alle contact met Christus, en hij doet dat omdat de aard van Christus zo tegengesteld is aan die van hem. Deze twee zijn, in alle opzichten absoluut tegengesteld aan elkaar. Er is een zeer oude oorlogsvoering tussen hen; een oorlog die, wat deze wereld betreft, werd begonnen in de hof van Eden toen God tot de slang zei: “En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen.” (Genesis 3:15 SV). Christus houdt van het licht; satan houdt van de duisternis. Christus werkt het leven; satan werkt de dood. Christus is liefde; satan is haat. Christus is goedheid; satan is kwaad. Christus is waarheid; satan is leugen. Bovendien is satan zich er goed van bewust dat de missie van onze Heere Jezus Christus in deze wereld niet voor zijn welzijn is. Hij heeft geen aandeel in de vleeswording van Christus, noch in Zijn verzoenend offer. Dit is een van de prachtige resultaten van de uitverkiezing der genade. Diegenen die moeite hebben met de uitverkiezing van sommige mensen zouden evenzeer moeiten moeten hebben met het feit dat Christus de gevallen engelen niet heeft verlost, maar alleen de gevallen mensen; want waarom koos God ervoor om de mensen te redden en niet om de engelen te redden, wie van ons kan dat zeggen? Het enige antwoord dat ik op die vraag weet is dit: “Ja, Vader! Want alzo is geweest het welbehagen voor U.” (Matteüs 11:26 SV). De machtige engelen zijn voorbijgegaan en wij, die slechts wormen van stof zijn, zijn aangekeken met ogen van gunst en liefde; en satan, die dit weet en jaloers is op de liefde die over de mensen straalt, kan de aanwezigheid van Christus niet verdragen.